4V Middeleeuwen, module 2, les 12

3.6 Toneel & 3.7 Rederijkers
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3.6 Toneel & 3.7 Rederijkers

Slide 1 - Slide

Toneel
Vanaf 14e eeuw in steden bloeit het toneel;-> (semi) beroepsacteurs in de openlucht of zaal, werden betaald. Een paar acteurs vertolkten alle rollen.
In de stad -> verschillende soorten stukken opgevoerd. 


  • geestelijk toneel, zoals Bliscappen van Maria. wereldlijk toneel, zoals: de vier abele spelen, Esmoreit, Gloriant, etc.-> over hoofse liefde & riddercultuur (-> aangepast aan de stedelijke mentaliteit) en een aantal korte kluchten (sotterniën). 

Slide 2 - Slide

In deze verhalen ligt de nadruk op liefde tussen man en vrouw, binnen het huwelijk. -> de hoofse liefde is overgenomen (annexatie) van de riddercultuur, maar aangepast (adaptatie) aan de stedelijke moraal. Voorbeeld Lanceloet vertegenwoordigt de losse
hofmoraal.
En Sanderijn , vertegenwoordigt de burgerlijke mentaliteit, de eerbare liefde binnen het huwelijk. ->
Na een serieuze abele spele, komt sotternie, (korte klucht), komisch, omgekeerde wereld.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Rederijkerskamers
om rederijker te kunnen worden moest men over een zekere belezenheid beschikken en de taal goed beheersen

Slide 7 - Slide

Rederijkerskamers
  • ontstaan begin 15e eeuw;
  • de dichters -> rederijkers;
  • stedelijke verenigingen waar men literatuur beoefende.
  • leden grotendeels afkomstig uit schrijvende beroepen: zoals onder-wijzers, notarissen, enz.;

  • rederijkers werden bij feestelijke gelegenheden ingeschakeld;
  • teksten bedoeld voor publieke voordracht, voor stedelijk publiek;
  • de kamers spelen een opiniërende rol in de steden.

Slide 8 - Slide

In veel steden waren rederijkerskamers.
Beroemde rederijkerskamer ->
De Fonteine uit Gent;  
Beroemde rederijkers waren: Anthonis de Roovere, Anna Bijns, Eduard de Dene. 
Men schreef: ernstig en  komisch toneel en gedichten.
  • artistiek leider: gaf beginnend rederijkers les & schreef belangrijke toneelstukken. -> zorg voor ambachtelijke vaardig-heden & technieken.
  • Rederijkerskamers organiseerden landjuwelen (toneelwedstrijden).

Slide 9 - Slide

Geliefde rederijkersdichtvorm: het refrein, gedicht van minimaal 4 strofen, een vaste slotregel per strofe, de stok.
Bekendste tekst uit rederijker-
tijd is: Mariken van Nieumeghen, rond 1515, begin 16e eeuw, gedrukt in Antwerpen. 
Een gedramatiseerde voorleestekst, met verzen en dialogen verlevendigde prozatekst; -> deze tekst stamt van de periode van de boekdrukkunst. in rederijkerskamers werd gediscussieerd over: humanisme en reformatie.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video