Les Directe en Indirecte Reden

• Taal
• Basisschool
• Groep 7

Claire zei: 

‘Ik loop nooit naar huis, ik ga lekker op de fiets.’

Waar gaan we het over hebben?

Directe en Indirecte reden

Wat is het verschil?

1. Direct of Indirect?
Pim zei: "Het is weer bijna kerst."

1. Directe reden
2. Indirecte reden

2. Direct of Indirect?
Door de juf wordt gezegd dat de geschiedenistoets erg lastig is.

1. Directe reden
2. Indirecte reden

3. Direct of Indirect?
De voorzitter zei: "Leve de koning!"
De kinderen antwoordden: "Hoera, hoera, hoera!"

1. Directe reden
2. Indirecte reden

4. Direct of Indirect?
De artiest had tegen het publiek gezegd dat hij blij was om iedereen te zien.

1. Directe reden
2. Indirecte reden

5. Direct of Indirect?
De bioscoopmedewerker deelde mee dat de film bijna zou beginnen, en dat we op moesten schieten.

1. Directe reden
2. Indirecte reden

6. Direct of Indirect?
De kassamedewerker zei: "Dat wordt dan €18,35."

1. Directe reden
2. Indirecte reden

7. Direct of Indirect?
De meester had verteld dat hij een tweeling was.

1. Directe reden
2. Indirecte reden

8. Direct of Indirect?
De moeder vroeg aan haar dochter hoe het op school was gegaan.

1. Directe reden
2. Indirecte reden

9. Direct of Indirect?
Mijn vader zei: "Je bent goed bezig!"

1. Directe reden
2. Indirecte reden

10. Direct of Indirect?
De ober vroeg ons: "Is alles naar wens?"

1. Directe reden
2. Indirecte reden

Ster-Opgaven maken

• Maak de steropgaven eerst zelfstandig, met een rood stoplicht. Daarna kun je vragen stellen.
• Succes!

Afsluiten

Wat heb je geleerd?