This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
programma
Slide 1 - Slide
Schrijf de vragen in je schrift
1. Wat is giraal en chartaal geld? 2. Wat houdt directe en indirecte ruil? 3. Welke 3 geld functies zijn er? 4. Wat is vreemde valuta? 5. Wat is een wisselkoers?
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Eurozone
De eurozone (of eurosysteem, eurolanden, eurogebied) is de verzamelnaam voor de landen van de Europese Unie die de euro als munt hebben.
Slide 4 - Slide
voordelen van de euro binnen de eurozone:
geld wisselen niet nodig
prijzen vergelijken is makkelijk
het is goedkoper (geen transactiekosten/provisie)
geen stijging of daling van de wisselkoers
het bevordert de werkgelegenheid in de eurozone
Slide 5 - Slide
Noteer de vragen in je schrift!
1. Wat is een interne markt?
2. Wat zijn de voordelen van de Europese unie?
3.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Wat is de Eurozone? Kun je hier overal met de euro betalen?
Slide 8 - Open question
De Eurozone telt meer landen dan de Europese Unie
A
Waar
B
Niet Waar
Slide 9 - Quiz
Vreemde valuta:
Vreemde valuta: geldsoort van een ander land.
Wisselkoers:
prijs van vreemde valuta. De wisselkoers geeft aan hoeveel vreemde valuta je betaalt of ontvangt voor één euro., uitgedrukt in euro’s
Slide 10 - Slide
Provisie
Aan banken betaal je bij het omwisselen van vreemd geld ook een bedrag voor kosten. (transactie kosten/provisie)
Slide 11 - Slide
Wat zijn Vreemde Valuta?
A
Buitenlands geld
B
Wisselkoers
C
Provisiekosten
D
Euro's
Slide 12 - Quiz
Kosten die de bank berekend voor het omwisselen van geld noem je
A
wisselkoers
B
aandelen
C
provisie
D
opslag
Slide 13 - Quiz
Vreemde valuta:
Vreemd geld kopen: bedrag aan vreemd geld x hoge koers (:100) + provisie = bedrag in euro's.
Vreemd geld inwisselen: bedrag aan vreemd geld x lage koers (:100) - provisie = bedrag in euro's.
Slide 14 - Slide
De Nederlandsche Bank
Noteer de vraag in je schrift en beantwoord deze tijdens de video.