wk 20: les 3 - Feit, mening, subjectief, objectief

Donderdag 16 mei - 1HA
  • 10 minuten stillezen
  • Feit, mening, subjectief, objectief
  • Aan de slag!












timer
10:00
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Donderdag 16 mei - 1HA
  • 10 minuten stillezen
  • Feit, mening, subjectief, objectief
  • Aan de slag!












timer
10:00

Slide 1 - Slide

Objectief
  • Het tegenovergestelde van subjectief
  • Feitelijk beschrijven wat je ziet, zonder je mening te geven 
"De trein is geel en blauw."

Slide 2 - Slide

Subjectief 
  • Het tegenovergestelde van objectief
  • Kijken met je zintuigen, dan jouw mening erover geven
subjectief waarnemen = waarnemen met een oordeel

Slide 3 - Slide

objectief - subjectief
Objectief = waarnemen zonder oordeel

Subjectief = waarnemen met een oordeel
Kort gezegd: 

Slide 4 - Slide

Objectief
Subjectief
Een jongen loopt naar het toilet.
Een leerling heeft tijdens de les tien vragen gesteld.
Zij was erg lelijk gekleed.
Mijn vriendin werd onterecht beschuldigd. 
De man draag een groene trui.
Zoals altijd is mevrouw Jansen weer chagrijnig. 

Slide 5 - Drag question

Beroepen
In sommige beroepen is het heel belangrijk om objectief te zijn (over bepaalde onderwerpen).
Kun jij bedenken bij welk beroep het heel belangrijk is om objectief te zijn?
Voorbeeld: Een rechter moet een straf bepalen of basis van feiten en niet op basis van eigen vooroordeel of gevoel. 

Slide 6 - Slide

Bij welke beroepen is objectiviteit belangrijk?

Slide 7 - Mind map

Geef een objectieve beschrijving van wat je op de volgende foto ziet.
.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Geef een objectieve beschrijving van wat je op deze foto ziet.

Slide 10 - Open question

Geef een subjectieve beschrijving van wat je op de volgende foto ziet.
.

Slide 11 - Slide

Geef een subjectieve beschrijving van wat je op deze foto ziet.

Slide 12 - Open question

Wat is het verschil tussen
objectief en subjectief?

Slide 13 - Open question

Subjectief of objectief?

Morgen moet ik naar de tandarts.
A
Subjectief
B
Objectief

Slide 14 - Quiz

Subjectief of objectief?

Koken is moeilijk.
A
Subjectief
B
Objectief

Slide 15 - Quiz

Subjectief of objectief?

Hij heeft vreemde ideeën.
A
Subjectief
B
Objectief

Slide 16 - Quiz

Subjectief of objectief?

Voordat de nieuwe vloer erin wordt gelegd, moet je oude vloer eruit.

A
Subjectief
B
Objectief

Slide 17 - Quiz

Het NOS-journaal is..
A
Subjectief
B
Objectief

Slide 18 - Quiz

Mijn muzieksmaak is..
A
Subjectief
B
Objectief

Slide 19 - Quiz

Aan de slag!
Ga naar een nieuwswebsite, bijvoorbeeld www.nos.nl of www.nu.nl
1. Kies een artikel met subjectieve én objectieve stukken tekst.
2. Kopieer de tekst naar de opdracht in Classroom.
3. Markeer de objectieve stukken.
4. Markeer de subjectieve stukken in een andere kleur.
5. Inleveren in Classroom

Slide 20 - Slide

Aan de slag!
Op de volgende pagina staat een link naar oefeningen:

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link