This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat gaan we vandaag doen?
Terugblikken
Zwaartekracht
Hefboomregel
Druk
Instructie
Samen oefenen
Zelfstandig werken
Slide 2 - Slide
Een veerunster geeft aan dat een gewichtje een zwaartekracht heeft van 3,5 Newton heeft. Hoe groot is de massa van het gewichtje in gram?
Slide 3 - Open question
Een man heeft een spijker scheef in het hout geslagen. Hij haalt deze er met de hamer uit. Hij heeft de hamer vast aan de lange kant (=20 cm). De spijker wordt eruit getrokken op 2cm van het draaipunt. De man zet een kracht van 200N. Hoe groot is de kracht op de spijker?
Slide 4 - Open question
Druk
= de kracht die wordt uitgeoefend op een bepaald oppervlakte.
Man op het ijs
Punaise
Hamer
Slide 5 - Slide
Druk
F = p x A p = F / A A = F / p
F = kracht in Newton (N)
p = druk in Newton per vierkante (centi)meter (N/m2)(N/cm2)
A = oppervlakte in vierkante meter/centimeter (m2)(cm2)
(BINAS TABEL 6 t/m 10)
Slide 6 - Slide
Voorbeeld opgave
Een man staat op de grond. Hij heeft een massa van 112 kilogram. Hoe groot is de zwaartekracht van de man op de grond?
Hij staat op zijn voeten, die 30 cm lang zijn en 6 cm breed.
Hoe groot is de druk van de man op de grond?
Slide 7 - Slide
Een man gaat op het ijs liggen in plaats van staan. Zijn druk wordt hierdoor ......
A
Groter
B
Kleiner
C
Gelijk
D
Meer kon ik niet verzinnen
Slide 8 - Quiz
Jesper gaat op de grond liggen. Zijn massa is 70 kilogram en zijn oppervlakte 1,70 vierkante meter. Hoe groot is de druk van Jesper op de grond?
Slide 9 - Open question
Jos gaat naast Jesper. Zijn massa is 65 kilogram. Zijn voeten zijn 28 cm bij 6 cm. Hoe groot is de druk van Jos op de grond?