Passé composé

Le passé composé
1 / 14
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Le passé composé

Slide 1 - Slide

Uit welke twee delen bestaat de passé composé?

Slide 2 - Open question

Typ het rijtje van être met de juiste personen (je, tu, il, nous, vous en ils) erbij.

Slide 3 - Open question

Typ het rijtje van avoir met de juiste personen (je, tu, il, nous, vous en ils) erbij.

Slide 4 - Open question

Hoe vorm je in het Frans een
voltooid deelwoord?
Maak onderscheid tussen
de verschillende "groepen"
werkwoorden

Slide 5 - Mind map

Bij de regelmatige werkwoorden pak je eerst de stam (het werkwoord - er/ir/re
Daarna voeg je 1 letter toe:
Bij werkwoorden op -er plak je achter de stam een -é 
Bij werkwoorden op -ir plak je achter de stam een -i
Bij werkwoorden op -re plak je achter de stam een -u

Slide 6 - Slide

Nu jij: zet het gegeven werkwoord steeds in de passé composé (doorloop stap 1 en stap 2!) in de gevraagde persoon

Slide 7 - Slide

danser - je

Slide 8 - Open question

finir - vous

Slide 9 - Open question

vendre - nous

Slide 10 - Open question

vendre - nous

Slide 11 - Open question

Traduis maintenant les phrases

Slide 12 - Slide

Ik heb gevoetbald

Slide 13 - Open question

Zij (vrl) hebben gedanst

Slide 14 - Open question