Digitale termen

Digitale termen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Digitale termen

Slide 1 - Slide

hoeveel digitale termen kan je noemen?
1
2
3
4
5
meer dan 5
meer dan 10

Slide 2 - Poll

noem een paar
digitale termen

Slide 3 - Mind map

Wat is de Engelse naam voor apparaat?
A
app
B
website
C
device
D
digitaal

Slide 4 - Quiz

een andere term (woord) voor draagbare computer
A
draagtas
B
laptop
C
bestand
D
hacker

Slide 5 - Quiz

Ik wil de cursor over het scherm laten bewegen. Wat heb ik nodig?
A
een laptop
B
een tablet
C
een kiwi
D
een muis

Slide 6 - Quiz

Als je hierop klikt, kom je bij alle mappen op je computer
A
windows
B
de zoekbalk
C
de verkenner
D
enter

Slide 7 - Quiz

wereldwijde netwerk tussen alle devices waarmee je informatie deelt
A
het internet
B
het netwerk
C
digit-start
D
KPN

Slide 8 - Quiz

vanaf dit apparaat heb je draadloos internet naar alle devices
A
netflix
B
apple
C
router
D
banaan

Slide 9 - Quiz

Plek bovenin de browser waar je URL's kunt intypen
A
spatie
B
adresbalk
C
google
D
droom

Slide 10 - Quiz

hoe heten de populairste browsers?
A
Chrome, Safari, Apple, Android
B
Apple, Samsumg, Huawei, OnePlus
C
Chrome, Safari, Firefox, Edge
D
Geen van allen

Slide 11 - Quiz

Elektronische post om berichten te sturen en te ontvangen
A
wifi
B
e-mail
C
videobellen
D
verzenden

Slide 12 - Quiz

document of foto die je toevoegt aan een mail
A
Word
B
water
C
bedrag
D
bijlage

Slide 13 - Quiz

Engelse afkorting voor Kunstmatige intelligentie
A
ALI
B
AD
C
AI
D
AM

Slide 14 - Quiz

Websites en apps waarbij de inhoud wordt bepaald door leden
A
Disney
B
Social media
C
Hollywood
D
RTL

Slide 15 - Quiz

geheime code om in te loggen op een account
A
gebruikersnaam
B
link
C
wachtwoord
D
sterretje

Slide 16 - Quiz

je afmelden van een account
A
uitloggen
B
uitrijden
C
blokkeren
D
klikken

Slide 17 - Quiz

Je slaat informatie op, zodat later iemand deze weer kan gebruiken
A
een mailbox
B
een Cloud
C
apple ID
D
safari

Slide 18 - Quiz