Engelse werkwoorden (1)

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Werkwoordspelling - Engelse werkwoorden

Lesdoelen

• Je kunt Engelse werkwoorden  benoemen die in de Nederlandse taal gebruikelijk zijn.

• Je kunt  Engelse werkwoorden in de tegenwoordige -verleden-en voltooide tijd op correcte wijze vervoegen.

Welke Engelse termen of begrippen worden veel gebruikt in de wereld van logistiek en vervoer?

Check spelling ww-vormen.
Kun je me nog eens uitleggen wat je daarmee (bedoelen)...........?

1. bedoeld
2. bedoelt
3. bedoelde

Het gebeurt wel vaker dat een huis niet (verzekeren)..........blijkt te zijn.

1. verzekerd
2. verzekert
3. verzekerdt

Zorg je ervoor dat je de tip eerlijk (verdelen).........?

1. verdeelt
2. verdeelde
3. verdeeldt
4. verdeeld

Deze pas (bestraten) weg blijkt nog steeds oneffen.

1. bestraatte
2. bestraten
3. bestrate

De klanten waren tevreden over de (verrichten)............ samenwerking.

1. verrichtte
2. verrichtten
3. verrichte

De eerste stap om tot de juiste vervoeging van zwakke werkwoorden in de verleden tijd is:

1. Direct naar de stam gaan
2. EN van het hele werkwoord eraf halen
3. Kijken naar de laatste letter van het werkwoord in de zin
4. Ik maak van het zwakke werkwoord een sterk werkwoord

Instructie

Laat de Engelse uitgangs-e staan, als je uitspraakproblemen krijgt: 

• Saven - Ik save - savede
• Timen - ik time - ik timede
• Updaten - ik update - ik updatete

Vorig jaar ........ (backpacken) Monique en Carla de hele zomer door Thailand.

1. Backpackden
2. Backpackde
3. Backpackten
4. Backpackte

De teamleden ..... ..(brainstormen) eerder vandaag over het skills heroes evenement.

1. brainstormde
2. brainstormden
3. brainstormen
4. vlogd

Hij ....... (deleten) gisteren al zijn bestanden van zijn laptop.

1. delette
2. deletete
3. Deletde
4. Deleteten