1.2 Elektriciteit in huis 3k

Pak je boeken, je chromebook en je etui!
Natuurkunde
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Pak je boeken, je chromebook en je etui!
Natuurkunde

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag?

Herhalen en bespreken 1.1
Uitleg en opdrachten 1.2
Afsluiten

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Herhalen 1.1
Elektrische stroom (I) in ampère (A)
Aflezen stroommeter
Serie en parallel

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk bespreken
Opdracht 1 t/m 14

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

1.2 Elektriciteit in huis

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

De huisinstallatie

Slide 6 - Slide

Stopcontacten zijn parallel geschakeld
Maak opdracht 2 en 4

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Draden in huis

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Fasedraad: 230V
Nuldraad: geen spanning

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Schakeldraad
Schakeldraad - Staat alleen spanning op als de lamp aan staat. 


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Maak opdracht 3, 5, 6, 8, 12 en 13

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Kortsluiting

Slide 12 - Slide

Begrip weerstand herhalen
Overbelasting

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Maak opdracht 1, 7, 9, 10, 11, 14 en 15

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Gelijkspanning/wisselspanning
Gelijkspanning (DC): de spanningsbron heeft 
een + en - pool. De stroom loopt van + naar -. 

Wisselspanning (AC): de spanningsbron heeft geen specifieke polen. De polen wisselen 50x per seconde. 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

wisselspanning
gelijkspanning

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat moet je kennen/kunnen?
Je kunt onderdelen van de huisinstallatie benoemen.
Je kunt beschrijven waar de verschillende draden in een huisinstallatie voor dienen.
Je kunt de oorzaak en de gevolgen beschrijven van kortsluiting en overbelasting.


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Wat is de spanning in een huisinstallatie (dus in het stopcontact)?
A
10 V
B
100 A
C
230 V
D
1 kV

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Wat is GEEN onderdeel van de huisinstallatie?
A
kWh-meter
B
Stopcontact
C
Telefoonoplader in la
D
Groepenkast

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

De maximale stroomsterkte in een groep in de huisinstallatie is...
A
30 mA
B
230 V
C
0,30 mA
D
16 A

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel groepen heeft deze huisinstallatie?
A
1
B
2
C
5
D
6

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Hoe is de huisinstallatie geschakeld?
A
In serie
B
Parallel

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat is kortsluiting?
A
Als je teveel apparaten aansluit op een groep
B
Als je een apparaat heel kort gebruikt
C
Als de fasedraad en de nuldraad elkaar raken
D
Als je korte stroomdraden gebruikt in plaats van lange.

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

kortsluiting of overbelasting?
A
kortsluiting
B
overbelasting

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

En nu zelfstandig aan het werk
Maak opdracht 1 t/m 17
Blz. 25 t/m 31

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
  1. Je kunt onderdelen van de huisinstallatie benoemen.
  2. Je kunt beschrijven waar de verschillende draden in een huisinstallatie voor dienen.
  3. Je kunt de oorzaak en de gevolgen beschrijven van kortsluiting en overbelasting.
Ik snap er niks van
Ik snap het een beetje
Ik snap het best goed
Ik snap het helemaal
Ik zou dit aan iemand kunnen uitleggen

Slide 26 - Slide

This item has no instructions