H2 Taalverzorging Spelling (1)

4 mavo

Taalverzorging h2:
aan elkaar of los

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

4 mavo

Taalverzorging h2:
aan elkaar of los

Slide 1 - Slide

DOEL
  • Je weet wanneer je twee of meer woorden aan elkaar of los van elkaar schrijft.

Slide 2 - Slide

Een spatie zorgt soms voor een verschil in betekenis! Kijk maar eens naar de afbeeldingen

Slide 3 - Slide

Wat gaat er soms fout?

Vooral bij lange(re) woorden gaat het mis: je zet  een spatie, maar dat is niet altijd goed! Vaak is het zelfs fout. 


Let op: een spatie kan de betekenis van een woord veranderen

Zie jij het verschil?
lange afstandloper of langeafstandloper
rode wijnsaus of rodewijnsaus
groteteennagel of grote teennagel

Slide 4 - Slide

Aan elkaar
  • Werkwoorden die beginnen met voorzetsels als op, over, na.
    -> Ik heb mijn kamer opgeruimd. Ik ga mijn kamer opruimen.

  • Samengestelde zelfstandige naamwoorden
    -> kassabon                          en niet: kassa bon
    -> schoonmaakdoekje     en niet: schoonmaak doekje

Slide 5 - Slide

Aan elkaar
  • Samengestelde aardrijkskundige namen
      -> Noord-Holland, Zuid-Afrikaans, Zuidwest-Friesland

  • Getallen tot en met het woord duizend.
    -> zesenzeventig (76), vijfhonderd (500)
    -> drieëntwintigduizend (23.000)
    -> drieduizend zeshonderdentwaalf (3.612)

Slide 6 - Slide

Aan elkaar
  • Voorzetsels met woorden als er-, daar-, hier- en waar-
      -> ermee, hierbij, waardoor

  • Twee voorzetsels die achter elkaar staan
    -> achteruit
    -> bovenop
    -> tussendoor
Let op: hoort het voorzetsel bij een woord dat erachter staat, dan schrijf je het niet aan elkaar. Bijvoorbeeld: de hond ligt hier op de stoel te slapen/ik het er voor hem een cadeautje bijgedaan.

Slide 7 - Slide

Welk woord is verkeerd gespeld?

A
twee duizend
B
drie miljoen
C
vierhonderdduizend
D
zes miljard

Slide 8 - Quiz

Welk woord is verkeerd gespeld?
A
koffiefilterzakjehouder
B
frisdank fles
C
kapstokhaakje
D
zestig miljoen

Slide 9 - Quiz

Welke woorden zijn allemaal goed gespeld?
A
erheen, waarom, sociale mediastress
B
hierdoor, tekststructuur, aanhalings teken
C
zeshonderddrieduizend, ermee, West-Chili
D
socialemediagebruik, enquête formulier, hierbij

Slide 10 - Quiz

Aan de slag!
  • Lees de theorie nog eens goed door/bekijk het filmpje als je het lastig vindt.
  • Maak de opdrachten: hoofdstuk 2 Taalverzorging: aan elkaar en los (alle opdrachten)
  • Hulp nodig? Dan kom je bij mij en maken we het samen.

Slide 11 - Slide

Wat vond je van deze opdrachten?
supermoeilijk, ik heb echt hulp nodig!!!
best lastig, ik moet nog even goed leren
goed te doen
een makkie!

Slide 12 - Poll