Sturingsmechanismen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Sturingsmechanismen

Telefoon in de telefoontas

Zitten volgens de plattegrond

Spullen (dicht) op tafel

Jas uit

Planning

Herhaling

Sturingsmechanismen

Soorten spanning

In jouw boek?

Lezen

Was dit filmpje fictie of non-fictie?

Vanuit welk perspectief was dit filmpje? Ik-perspectief of hij/zij-perspectief? Leg uit.

Noem minstens één bijfiguur uit het filmpje.

Benoem minstens één uiterlijk kenmerk van het huisdier van Phineas en Ferb.

Sturingsmechanisme

Manieren waarop de schrijver spanning verhoogt.

Sturingsmechanismen 1/2

Cliffhanger: Wanneer een schrijver een hoofdstuk laat eindigen op een spannend moment.

Wisseling van tijd, plaats, perspectief.

Open plek: De lezer weet niet wat er precies gebeurd en gaat vragen stellen.

Enge of gevaarlijke situatie.

Sturingsmechanismen 2/2

Onverwachte wending: Er gebeurt iets onverwachts en verrassends.

Het wekken van verwachtingen en het oproepen van vermoedens.

Informatievoorsprong: Als lezer weet je meer dan de personen in het verhaal.

Soorten spanning

Op het verleden gerichte spanning: Er is in het verleden iets gebeurd en het hele verhaal gaat over de vraag wat er is voorgevallen.

Op de toekomst gerichte spanning: Er gaat wat gebeuren. De lezer voelt dat en raakt nieuwsgierig.

In jouw boek?

Bespreek in tweetallen welke vormen van spanning er in jouw zelfgekozen boeken zijn. Dit bespreken we daarna klassikaal.

Wat is het leukste/spannendste stuk in het boek?

Waardoor komt dat?

Wat had de auteur (schrijver) anders kunnen doen?

Nu

Bespreek in tweetallen welke vormen van spanning er in jouw zelfgekozen boeken zijn. Dit bespreken we daarna klassikaal.

--> Dit moet je ook doen tijdens de Leesclub!

Lezen

Stil en voor jezelf lezen.