1vt1 mercredi, le 21 mars 2018

1VT1,  Programme du cours, cést le printemps !
Objectifs: jij kan de bijvoeglijke naamwoorden gebruiken
Présents/absents
Questions/réponses

Lire le vocabulaire AB- correction p41 vocabulaire B les cheveux
Grammaire: les adjectifs qualificatifs=de bijvoeglijke naamwoorden
Correction des exercices 13 14 15





1 / 11
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

1VT1,  Programme du cours, cést le printemps !
Objectifs: jij kan de bijvoeglijke naamwoorden gebruiken
Présents/absents
Questions/réponses

Lire le vocabulaire AB- correction p41 vocabulaire B les cheveux
Grammaire: les adjectifs qualificatifs=de bijvoeglijke naamwoorden
Correction des exercices 13 14 15





Slide 1 - Slide

Questions - Réponses
C'est quel jour, aujourd'hui ?
Ton jean est de quelle couleur ?
Quelle heure est-il ?
Tu as les cheveux blonds ?

timer
3:00

Slide 2 - Slide

Exercice 3 
Pose ton sac par terre !
Prends ton agenda !
Utilise l'ordinateur !
Ecris tes devoirs dans ton agenda !
Répète les mots !
Lève la main !

On joue avec les phrases !
timer
2:00
timer
1:00

Slide 3 - Slide

Lire le vocabulaire AB + répéter
- correction p41 vocabulaire B les cheveux
timer
1:30

Slide 4 - Slide

De bijvoeglijke naamwoorden
Wat is een bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands?
Waar staat het bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands?
Kan een bijvoeglijk naamwoord een extra letter krijgen in het Nederlands? Geef een voorbeeld!
Kan je enkele bijvoeglijke naamwoorden noemen?
En nu in het Frans. 
Prends ton cahier de grammaire et ton stylo
timer
2:00

Slide 5 - Slide

De plaats van het bijvoeglijk naamwoord in het Frans
Het bijvoeglijk naamwoord staat :
1. Na het werkwoord
 Voorbeeld: les éléphants sont grands et magnifiques.
2. Achter het zelfstandig naamwoord 
 Voorbeeld: La porte jaune est fermée.
3. Behalve :(voor het zelfstandig naamwoord) 
- beau - nouveau - bon - joli
- petit - grand -jeune -vieux - premier
Voorbeeld: la jolie fille - les grands  éléphants - ======écris dans ton cahier


+alle rangtelwoorden (premier …..dernier)

timer
3:00

Slide 6 - Slide

De uitgangen
Een bijvoeglijk naamwoord krijgt:
1-Niets        als het zelfstandig naamwoord mannelijk enkelvoud is 
2-een ‘s’     als het zelfstandig naamwoord mannelijk meervoud is
3-een ‘e’     als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk enkelvoud is
4-een ‘es’  als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk meervoud is 
Voorbeelden: Le petit livre est intéressant. 
                             Les petits livres sont intéressants.
                             La petite table noire est ronde.
                             Les petites tables noires sont rondes.

Slide 7 - Slide

let op
De bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op
-e krijgen in vrouwelijk enkelvoud geen e erbij. 
-s krijgen in het meervoud geen s erbij.
-x krijgen in het meervoud geen s erbij.
Exemples:
La porte rouge est belle.
Les vieux éléphants sont gris.


Slide 8 - Slide

De bijzondere uitgangen:
Mannelijk enkelvoud meervoud
mooi        =      beau            - beaux 
nieuw      = nouveau         - nouveaux
oud          =        vieux          - vieux
sportief  =      sportif        - sportifs
wit            =       blanc          - blancs






Vrouwelijk enkelvoud meervoud
                 belle                 - belles
                nouvelle          - nouvelles
                vieille                - vieilles
                sportive           - sportives
                blanche           - blanches




Slide 9 - Slide

Exercices 13 14 15

Slide 10 - Slide

Qu'est-ce que tu as appris aujourd'hui?
Devoirs:
Apprendre le vocabulaire A + Faire les exercices 13bc 

Slide 11 - Slide