Herhaling 9.1 en 9.2

Herhaling
Oppervlakte en omtrek cirkel
1 / 14
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Herhaling
Oppervlakte en omtrek cirkel

Slide 1 - Slide

diameter en straal
blauw = straal
rood = diameter

berekeningen:
diameter = straal + straal 
straal = diameter : 2

Slide 2 - Slide

De straal is van middelpunt naar cirkel. De straal is de helft van de diameter.
(straal = diameter : 2)
De diameter gaat van cirkel door middelpunt naar cirkel. Is 2x zo groot als de straal.
(diameter = 2 x straal)

Slide 3 - Slide

Wat is de diameter?

A
Rood
B
Blauw

Slide 4 - Quiz

De diameter is..
A
Hetzelfde als de straal
B
2 keer de straal

Slide 5 - Quiz

Wat is de diameter?
A
20m
B
40m
C
20cm
D
40cm

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Bereken de omtrek.
Rond af op één decimaal.
A
37,4 cm
B
37,5 cm
C
37,6 cm
D
37,7 cm

Slide 8 - Quiz

Straal =

diameter =

Omtrek =
6 cm
12 cm
18,8 cm
37,7 cm
113,1 cm²

Slide 9 - Drag question

Slide 10 - Slide

Wat is de oppervlakte van de cirkel?
A
4 x 4 = 16 cm²
B
4 x 4 x π = 50,3 cm²
C
8 x 8 x π = 201,1 cm²
D
8 x π = 25,1 cm²

Slide 11 - Quiz

Bereken de oppervlakte
van de cirkel.

A
5Xπ=15,71cm2
B
5x5=25cm²
C
5X5Xπ=78,54cm2
D
10Xπ=31,41cm2

Slide 12 - Quiz

de oppervlakte van deze cirkel??
A
452,16cm2
B
31,68cm2
C
113,04cm2
D
18,84cm2

Slide 13 - Quiz

Aan het werk:
Maak van paragraaf 9.2 de volgende opgaven:
13 t/m 18 (vanaf blz. 88)


Slide 14 - Slide