This lesson contains 21 slides, with text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Je mag je telefoon bij je houden.
Slide 1 - Slide
Pak je planagenda en schrijf op:
Hausaufgaben:
Machen:
Aufgabe 2 Seite 69
Aufgabe 12 + 13 Seite 75
Lernen:
Lernliste B Seite 60 (het balkon t/m de woonkamer)
Slide 2 - Slide
Lernziel
- Du kannst die Übungsprüfung machen.
- Du kannst 20 Vokabeln zum Thema wohnen nennen.
Slide 3 - Slide
Programm
Wiederholung Vokabeln
Vokabeln lernen
Oefentoets kijk- en luisteren
Hausaufgaben machen
Slide 4 - Slide
Luistertoets
Donderdag 15 mei het 2e uur.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Vokabeln lernen
We gaan iedere les 10 woorden leren. Aan het einde van de periode, heb je dan al 150 woorden geleerd.
(in totaal 94 woorden NL-DU)
Je moet thuis dan alleen nog herhalen.
Slide 7 - Slide
Vokabeln lernen
Leren werkt het beste als je de woorden:
hoort (in de les)
leest (in de les)
schrijft (thuis/ in de les)
spreekt (thuis/ in de les)
Slide 8 - Slide
Vokabeln lernen
We doen dit: zonder telefoon!
Stap 1: Ik lees de woorden door (horen)
Stap 2: Je krijgt Flitskaarten.
Op de ene kant schrijf je het Nederlandse woord, op de andere kant het Duitse woord (schrijven + lezen).
Slide 9 - Slide
Vokabeln lernen
We doen dit: zonder telefoon!
Stap 3: Je gaat jezelf overhoren (flitsen). Heb je een woord goed geraden? Dan leg je het kaartje weg. Heb je het woord fout? Dan komt deze onderop de stapel.
Ga zo door, tot je alles kent.
Slide 10 - Slide
Vokabeln lernen
We doen dit: zonder telefoon!
Stap 4: Je gaat nu flitsen en de woorden proberen te schrijven. Heb je het woord geschreven? Dan leg je het kaartje weg. Heb je het woord fout geschreven? Dan leg je het kaartje onderop de stapel.