Klas 1 Français H1

Salut MH1E!
Le 8 septembre, 2023
BIENVENUE

- svp boek, schrift-laptop en pen op tafel
- svp telefoon op still en in de telefoonbak


1 / 42
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 42 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Salut MH1E!
Le 8 septembre, 2023
BIENVENUE

- svp boek, schrift-laptop en pen op tafel
- svp telefoon op still en in de telefoonbak


Slide 1 - Slide

Groepen code    online 

MH1E 
E2A1RT72

HV1C
H6SIZ4V1


H1D 
CNBDKPQ5




Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

A.

1. Bonjour .......(nom)

2. Comment ça va?

3. On a des devoirs?

4. Ah oui merci..
B.

1. Salut

2. Geef in het Frans antwoord

3. Je ne sais pas, regarde dans ton agenda! 
4. Bonne chance :)

Slide 4 - Slide

Unité  1
Bonjour!

Slide 5 - Slide

Werkwoord être=zijn

Slide 6 - Slide

Action France
Regarder le film

Slide 7 - Slide

Écouter: ex 3 + dialogue
Lire ensemble P23

À toi:

Klaar? Maak 6 en 7, 8

Slide 8 - Slide

Lire

Traduis= vertaal

Slide 9 - Slide

A

1. Aujourd'hui c'est..... (dag)

 2.C'est quand le weekend?


P15: dagen van de week
B

1. On a français le .... et  le...... 

2. Le weekend c'est le .... et le.....

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Het lidwoord
le- la -l' -
les

Slide 12 - Slide

 onbepaald lidwoord
un (m), une (v) = een

des= (mv)

Slide 13 - Slide

l'article défini= bepaald lidwoord
le (m), la (v) l'  (klinker/ h)= de/het

Les= (mv) de



Slide 14 - Slide

2. L'article
  • J'ai un vélo rouge.

  • Il  donne une rose. 

  • Je mange des fruits.

 = EEN in het Nederlands

Slide 15 - Slide

2. L'article
  • J'ai le vélo rouge.

  • Il  donne la rose. 

  • Je mange les fruits.

 = de/het in het Nederlands

Slide 16 - Slide

Choisis(kies): le/ la/ l'/ les
                un/ une/ des



........................ garçon  (een)
........................ madame  (de)
........................ tante ( een)
........................ oncle (de)
........................ chiens  (een, mv)
........................ maman  (de)
........................ hôpital (het)
........................ écoles (de)

Slide 17 - Slide

Grandes-lignes
Ga naar magister, leermiddelen: grandeslignes
Je bent al gekoppeld aan een klas, kies daarna jaar 2 havo/vwo
Ga door naar het hoofdmenu

Klik rechts op slim stampen 

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Faire
1. 16a,b,c,d

2. 18,19



Slide 20 - Slide

Francofolies

Slide 21 - Slide

Regarder
1. 20a regarder jeunes détectives

Ensemble: faire les exercices: 
Faire: 

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Lire F
P. 43

Slide 24 - Slide

Faire

Slide 25 - Slide

Grammaire et écrire
1. Persoonlijk voornaamwoord
ensemble: 30 d
30a,b,

2. Werkwoord avoir: 31a,c,

Slide 26 - Slide

We gebruiken het werkwoord "avoir" echt heel vaak !

Wat betekenen de roodgekleurde woorden volgens jou ?


1   Chantal  a  une auto bleu.
2   Nous  avons  100.000  euros.  Super !
3   Eric  et Charles   ont   deux  T-shirts.
4   J' ai  la  grippe ..... C'est horrible.

Het  zijn  allemaal  vormen  van  het  hele werkwoord "avoir".

Slide 27 - Slide

0

Slide 28 - Video

Ken je het rijtje van "avoir" (met vertaling) ?
avoir...... avoir.......
       mmmm....

Slide 29 - Slide

AVOIR ( = hebben)
Vervoeging van "avoir" met vertaling :

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Link

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. zij  heeft
B. zij hebben
C.  men heeft
D.  jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1.  nous  avons
2.  tu  as
3.  ils  ont
4.  on  a
5.  vous avez
6.  elle  a

Slide 32 - Drag question

Slide 33 - Link

Slide 34 - Link

Slide 35 - Link

Slide 36 - Link

Slide 37 - Slide

Phrases-clés et parler
Faire ensemble: 27a,b,c

28a
Parler: 29a,bc

Klaar? maak 32+33

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Maak zelf een stripverhaal
1. Bedenk een verhaal aan de hand van de zinnen/woorden op pagina 32-35. Zorg ervoor dat het verhaal een begin en een eind heeft.
2. Maak een script, maak daarna foto's in de school of zoek op internet.  min 10 foto's max 14

3. Verzamel alle foto's in een powerpoint/ word document/ app


Slide 40 - Slide

Le bilan

Slide 41 - Slide

Leren voor de toets
1. Alle woorden&zinnen van H1
2. Alle grammatica:
- le, la, un, une page 33
- het werkwoord être  page 33
- il-elle-elles-els page 34

Slide 42 - Slide