Nieuwsbegrip de Nationale tuinvogeltelling

begrijpend lezen
1 / 26
next
Slide 1: Slide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 5

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

begrijpend lezen

Slide 1 - Slide

Doelen van deze les:
-Ik kan voorspellen waar een tekst over gaat.
- Ik ken de betekenis van de woorden van deze week.
-Ik kan meepraten over het nieuwsonderwerp van deze week.

Slide 2 - Slide

Wat weet jij al over:
tuinvogeltelling

Slide 3 - Mind map

Kan jij de juiste betekenis aan de woorden koppelen?
bijhouden
de soort
tevoorschijn komen
landen
beschermen
zich laten zien
vanuit de lucht op de grond komen
iets opschrijven om het niet te vergeten
ervoor zorgen dat het goed blijft gaan met iets
de dieren of dingen die bij elkaar horen

Slide 4 - Drag question

Doel: Verkennen van de tekst.
Lees de tussenkopjes. Waar denk je dat de tekst over gaat?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

We gaan aan de slag met de tekst van woordenschat.

Slide 8 - Slide

Doel: Ik kan voorspellen waar de tekst over gaat door de inleiding te lezen.
Opdracht: Ik lees de inleiding.

Slide 9 - Slide


Over welk nieuws gaat deze tekst?
A
vogels
B
vogels tellen
C
de Nationale vogeltelling
D
de Nationale tuinvogeltelling

Slide 10 - Quiz


Welke vraag heb je? Of welke vraag kan je stellen na het lezen van de inleiding?

Slide 11 - Open question

Doel: we lezen de tekst. Opdracht: lees de eerste alinea.

Slide 12 - Slide


Vraag: Waarom houden vogelbescherming en Sovon vogelonderzoek de vogeltelling?
A
Zo weten ze hoeveel tuinvogels er in de hele wereld zijn. En ze kunnen kijken welke vogels er naar welk land vliegen. .
B
Zo weten ze hoeveel tuinvogels er in Nederland zijn. En ze kunnen kijken hoe het met de vogels gaat.
C
Zo weten ze welke tuinvogels veel fluiten en vliegen. En ze kunnen kijken welke vogels niet graag in tuinen zitten.

Slide 13 - Quiz


Schrijf een vraag op die je bij dit stukje hebt. 

Slide 14 - Open question

Opdracht: Lees de alinea. 

Slide 15 - Slide


Vraag: Waarom is de winter de beste tijd om vogels te tellen?
A
In de winter komen vogels naar tuinen toe om eten te zoeken.
B
In de winter zie je de vogels goed in tuinen zitten, omdat er dan vaak sneeuw ligt.
C
In de winter zijn er vogels in Nederland en in de zomer niet.

Slide 16 - Quiz


Vraag: Wanneer weet Vogelbescherming dat er iets moet gebeuren?
A
Als er bij de vogeltelling veel vogels van een soort geteld worden door verschillende mensen.
B
Als er veel minder vogels van een soort zijn en er iets aan de hand is met die vogels.
C
Als Vogelbescherming tijd heeft om te kijken naar de vogels in Nederland.

Slide 17 - Quiz


Schrijf een vraag op die je bij dit stukje hebt. 

Slide 18 - Open question

Opdracht: Lees de alinea. 

Slide 19 - Slide


Vraag: Waar moet je op letten als je vogels gaat tellen? 
A
Je mag de vogels niet dubbel tellen.
B
Je telt alle vogels van alle soorten bij elkaar op.
C
Je telt alleen de vogels die landen.
D
Je telt alleen de merels die landen.

Slide 20 - Quiz

Opdracht: Lees de alinea. 

Slide 21 - Slide


Vraag: Welke vogel is vorig jaar het meest geteld?
A
de huismus
B
de koolmees
C
de pimpelmees
D

Slide 22 - Quiz


Welke nieuwe dingen over de Nationale vogeltuintelling heb je in de tekst gelezen? Schrijf er twee op.

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide

In google classroom kan je de verwerkingsopdrachten vinden onder het kopje Nieuwsbegrip. Maak ook de online opdrachten op de website van Nieuwsbegrip.

Slide 25 - Slide


Evaluatie: Ik heb de doelen van deze les behaald.
-Ik kan voorspellen waar een tekst over gaat.
- Ik ken de betekenis van de woorden van deze week.
-Ik kan meepraten over het nieuwsonderwerp van deze week.
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll