HC 2 - 2.1 - inleiding & nationalisme

HC2 Duitsland
Inleiding & nationalisme
1 / 17
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

HC2 Duitsland
Inleiding & nationalisme

Slide 1 - Slide

Kenmerkend aspect
De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: nationalisme, liberalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Vroeger voelde men zich verbonden met hun stand, stad of streek.
Vanaf de 19e eeuw werden de gevoelens voor de eigen natie sterker

Slide 6 - Slide

Je eigen volk en je eigen land

Slide 7 - Slide

Gevolgen Nationalisme
Door het nationalisme wilden volkeren een eigen staat waarin het volk verenigd was. 
Natiestaat
Is nationalisme altijd positief?

Slide 8 - Slide

Grote mogendheden
Belangrijkste mogendheden in Europa: 

Groot-Brittannië, Rusland, Frankrijk, Oostenrijk, Pruisen 
en het Ottomaanse Rijk


Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Oostenrijk, 
Ottomaanse Rijk 
en Rusland:


 Veelvolkerenstaat
:


Slide 11 - Slide

Problemen veelvolkerenstaten
1. Geen industrie
2. Geen nationaal eenheidsgevoel 
3. Landen denken een grootmacht te zijn
Rusland

Slide 12 - Slide

Veelvolkerenstaten

  • 1867: keizer Frans-Jozef wordt koning van Hongarije --> ontstaan Oostenrijk-Hongarije
  • Probleem: vele volken in OH worden steeds nationalistischer 
  • Door wegvallen Ottomaanse Rijk ziet OH kansen op de Balkan --> nieuwe gebieden te veroveren
Oostenrijk-Hongarije

Slide 13 - Slide

Aan de slag
1. Casus lezen
2. vragen maken in Lessonup
3. bespreken

Slide 14 - Slide

Leg uit waarom Bandel en andere Duitsers behoefte hadden aan een monument

Slide 15 - Open question

a. leg uit waarom Bandel koos voor dit verhaal uit de oudheid
b. waarom gebruikte Bandel de naam Hermann en niet Aminius?

Slide 16 - Open question

Wat wilde Bandel uitdrukken met de spreuk op het zwaard?

Slide 17 - Open question