Hoofdstuk 5.1 2KB

Programma
Bespreken hoofdstuk 5.1
Zelfstandig aan het werk
1 / 12
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Programma
Bespreken hoofdstuk 5.1
Zelfstandig aan het werk

Slide 1 - Slide

Leerdoelen paragraaf 1
Je kent 3 soorten water
Je kent de 3 fasen en de 6 faseovergangen
Je kunt de waterkringloop uitleggen

Slide 2 - Slide

Soorten water
3 soorten water op aarde:
  • zout water
  • zoet water
  • brak water --> mengsel van zout en zoet

Slide 3 - Slide

Hoofdstuk 5: Water
  • Oppervlaktewater
  • Grondwater
    => Drinkwater 

Bronwater

Kraanwater/Leidingwater

Slide 4 - Slide

Water
  • Water in oceanen, meren, rivieren noem je oppervlaktewater
  • In de bodem zit grondwater. Dat is regenwater dat in de bodem is gezakt.
  • Drinkwater wordt gemaakt uit regenwater en zoet oppervlaktewater.
  • In Nederland komt drinkwater uit de kraan. Daarom noem je het ook kraanwater.

Slide 5 - Slide

Alles over fasen
  • Een fase is de toestand van een stof op dat moment
  • Bij een fase-overgang verandert de fase van een stof

Slide 6 - Slide

Water bestaat uit 3 fasen
- Vloeibare fase
- Vaste fase
- Gas fase
Vast                       Vloeibaar                        Gas

Slide 7 - Slide

Het deeltjesmodel voor faseovergangen (de 6 faseovergangen moet je kennen)

Slide 8 - Slide

Condenseren

Slide 9 - Slide

De waterkringloop
Het water in de zee is vloeibaar.
Door de warmte van de zon verdampt het en wordt waterdamp (gas)
1
Als in hogere luchtlagen de temperatuur daalt condenseert het water weer (vloeibaar). Er ontstaan druppels die als ze zwaar genoeg zijn naar beneden vallen (regen)
2
Als het nog kouder wordt kan de waterdamp zelfs overgaan in de vaste vorm. Het gaat sneeuwen.
3
Sneeuw zal uiteindelijk weer ontdooien (smelten) en met het regenwater via beekjes en rivieren terugstromen naar de zee.
4

Slide 10 - Slide

DUS.....
  • Bij waterkringloop blijft de hoeveelheid water gelijk in de zee door verdampen en condenseren
  • Door de zon verdampt het water
  • Water stijgt op en hoog in de lucht is het koud waardoor water verdampt.

Slide 11 - Slide

Zelfstandig aan het werk
Maak opdrachten 1 t/m22 van hoofdstuk 5 paragraaf 1

Slide 12 - Slide