Grammatica zinsdelen H1 en 2

Grammatica zinsdelen H2
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Grammatica zinsdelen H2

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Je weet het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde zinnen.  Je kunt bijzinnen en hoofdzinnen herkennen

Slide 2 - Slide

Opdracht 1 op blz. 70
Hoeveel zinnen tel je?

Slide 3 - Open question

Opdracht 1 op blz. 70
Hoeveel persoonsvormen tel je?

Slide 4 - Open question

Samengestelde zin
Een zin met één onderwerp en één persoonsvorm is een enkelvoudige zin:

  Gerard [ow] draagt [pv] een tas vol boodschappen.


Een zin met meer onderwerpen en meer persoonsvormen noem je een samengestelde zin:

 Lieke [ow] gaat [pv] een jas kopen, want zij [ow] draagt [pv] een tot op de draad versleten jack.

Slide 5 - Slide

Ik woon alleen, mijn vriendin is vertrokken.

A
enkelvoudig
B
samengesteld

Slide 6 - Quiz

Wij hebben in ons winkelcentrum een warme bakker.

A
enkelvoudig
B
samengesteld

Slide 7 - Quiz

Hij ontdekte te laat dat hij zijn tas vergeten was.

A
enkelvoudig
B
samengesteld

Slide 8 - Quiz

Samengestelde zin= een zin die is ‘geplakt’
Je kunt zinnen samenstellen uit twee hoofdzinnen:
 Jullie moeten om drie uur weg, want ik heb nog een afspraak.

Je kunt zinnen ook samenstellen uit een hoofdzin en een bijzin:
 Als je me dat eerder verteld had, dan was ik niet gekomen.

Slide 9 - Slide

hoofdzin en bijzin
In een hoofdzin staan onderwerp en persoonsvorm naast elkaar; er kunnen geen andere zinsdelen tussen staan. 
Aan de voegwoorden “dus, want, en, maar, of (keuze)” kun je ook Hz+Hz zien.

In een bijzin kunnen onderwerp en persoonsvorm naast elkaar staan, maar die kunnen ook van elkaar gescheiden worden door andere woorden.

Slide 10 - Slide

Vind de hoofdzin:
Jullie moeten om drie uur weg, want ik heb nog een afspraak.


A
Jullie moeten om drie uur weg.
B
(want) ik heb nog een afspraak.
C
beide zijn hoofdzinnen
D
er is geen hoofdzin

Slide 11 - Quiz

Vind de hoofdzin:
Als je me dat eerder had verteld, dan was ik niet gekomen.

A
Als je me dat eerder had verteld
B
dan was ik niet gekomen.
C
beide zijn hoofdzinnen
D
er is geen hoofdzin

Slide 12 - Quiz

Opdracht 2 op blz. 71
Is het onderstreepte deel een Hz of een Bz? Deze meneer beweert
A
Hoofdzin
B
Bijzin

Slide 13 - Quiz

Opdracht 2 op blz. 71
Is het onderstreepte deel een Hz of een Bz? doordat hij veel slaappillen had geslikt
A
hoofdzin
B
bijzin

Slide 14 - Quiz

3. Of Nederland snel uit de crisis komt
A
hoofdzin
B
bijzin

Slide 15 - Quiz

Terwijl zij het vlees bakt, was ik de groenten.
het eerste deel is een
A
hoofdzin
B
bijzin

Slide 16 - Quiz

Samengestelde zinnen
ER IS ALTIJD EEN HZ

Mogelijkheden bij 2 persoonsvormen:
Hz+Hz
Hz+Bz
Bz+Hz
Bij 3 persoonsvormen....
Hz+Hz+Hz
Hz+Bz+Hz
Hz+Hz+Bz
Bz+Bz+Hz
Hz+Bz+Bz
Bz+Hz+Bz
enz.

Slide 17 - Slide

Zelf aan de slag
Maak opdracht 2  t/m 4 op blz. 71 verder zelf af 
Wil je meer uitleg? Kijk naar het filmpje (max 4  min.)
Doe het zelf (zachtjes overleggen mag bij twijfel)
timer
0:04

Slide 18 - Slide

Opdracht 4
1. Rauw walvisvlees wordt meestal in plakje opgediend, zoals wij cake presenteren
A
Hz+Hz
B
Hz+Bz
C
Bz+Hz
D
Bz+Bz

Slide 19 - Quiz

3. In het uitgaansgebied hangen camera's want die vergroten de veiligheid.
A
Hz+Hz
B
Hz+Bz
C
Bz+Hz
D
Bz+Bz

Slide 20 - Quiz

Afsluiter
Je weet het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde zinnen. Je kunt bijzinnen en hoofdzinnen herkennen

Slide 21 - Slide