This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Heren en horigen
Slide 1 - Slide
Pak je plenda erbij
Slide 2 - Slide
Lesdoelen
Aan het einde van deze les weten jullie:
Waarom mensen in Europa na de val van het West-Romeinse rijk weer naar de landbouw trokken
Hoe deze landbouwsamenleving was georganiseerd
Welke sociale verhoudingen er in deze samenleving waren
Slide 3 - Slide
Grote veranderingen
Wegen zijn onveilig, handel neemt af
In de steden was geen werk en veel honger
Mensen trekken terug naar het platteland
Van Landbouwstedelijke samenleving tot landbouwsamenleving
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Slide
Horigen
Horigen zijn halfvrije boeren. In ruil voor bescherming van de heer werken en wonen zij op zijn velden. ze mogen niet zomaar weg van het domein en moeten in tijden van oorlog in het leger van de heer vechten.
De Heer
De heer is de baas over een bepaald gebied. Vaak heeft hij dit gebied te leen gekregen van een leenheer.
Slide 7 - Slide
Leven op een domein
Het hof
Hofstelsel
Klein dorp
Verplichte herendiensten
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
De 3 standen
1e stand:
Geestelijkheid
2e stand:
De Adel
3e stand:
Boeren en burgers
Slide 10 - Slide
De derde stand: Arbeiders en boeren
De derde stand moest ontzettend veel belasting betalen. Daarnaast moesten ze pacht (Huur) afstaan voor het land waarop ze werkten of woonden.
De eerste stand: De Geestelijkheid.
Met geestelijkheid bedoelen we mensen die voor de kerk werken. Zij hoefden geen belasting te betalen.
De tweede stand: De Adel
Deze stand hoeft ook geen belasting te betalen. Ze leefden in rijkdom en weelde en hadden ''Heerlijke rechten''. Dit betekende dat ze de boeren mochten uitbuitten.
Slide 11 - Slide
Deze stand werkt voor de kerk, en hoeft geen belasting te betalen
Deze bestaat uit de adel, en betaald ook geen belasting. Zij maken het meeste geld op
Dit is de armste en grootste stand. Zij betalen alle belastingen
Slide 12 - Drag question
Het systeem van heren en horigen die samenleven op een domein heet ...
A
Herendiensten
B
Vazalliteit
C
het Hofstelsel
D
het Drieslagstelsel
Slide 13 - Quiz
Domeinen waren zelfvoorzienend (= alles wat nodig was, werd op het domein gemaakt)
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 14 - Quiz
Hiernaast zie je een domein. Wie was de baas van een domein?