Babyshower quiz boy

DEBRA'S BABYSHOWER!
BABY
SHOWER!
1 / 46
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 10 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

DEBRA'S BABYSHOWER!
BABY
SHOWER!

Slide 1 - Slide

RONDE 1: BABYKENNIS

Slide 2 - Slide

Hoe heet de eerste test
die een baby aflegt?
A
Apgar
B
Nascar
C
PCR
D
Cito

Slide 3 - Quiz

Wat hebben baby's niet als ze net geboren zijn?
A
schouderbladen
B
knieschijven
C
sleutelbeen
D
stuitje

Slide 4 - Quiz


Wat is dit?
A
meconium
B
lanugo
C
vernix
D
colostrum

Slide 5 - Quiz

Bij welke week in je zwangerschap wordt een embryo een foetus?
A
11
B
12
C
38
D
40

Slide 6 - Quiz

Wat mag je niet eten of drinken
als je borstvoeding geeft?
A
ui en knoflook
B
sinaasappelsap
C
alcohol
D
geen van deze antwoorden

Slide 7 - Quiz

Hoeveel luiers verbruikt een pasgeboren baby per dag?

Slide 8 - Open question

Slepen maar!
Moro-reflex 
Zoekreflex
Babinski-reflex
Zuigreflex
Landau-reflex

Slide 9 - Drag question

Wat kunnen baby's wel wat wij volwassenen (bijna) niet kunnen?
A
ademen en drinken tegelijk
B
onder water ademen
C
niezen met de ogen open
D
een uur lang niet knipperen met de ogen

Slide 10 - Quiz

Welke kleur (naast zwart en wit) kan een baby als eerste goed zien?
A
blauw
B
geel
C
rood
D
groen

Slide 11 - Quiz

Hoeveel maanden ben je zwanger als je 26 weken zwanger bent?
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 12 - Quiz

RONDE 2: BABYCULTUUR

Slide 13 - Slide

Jack-Jack
Phil
Bambam
Maggie
Stewie
Purk
Emma
Lil

Slide 14 - Drag question

Wie staan er hier naast Nijntje?
A
Daan, Nina en Knorretje
B
Aagje, Nina en Betje
C
Daan, Aagje en Betje
D
Nina, Knorretje en Aagje

Slide 15 - Quiz

Wie staat hier op de afbeelding
A
Dolfje weerwolfje
B
Gruffalo
C
Betsy big
D
Knorretje

Slide 16 - Quiz

Uit welk kinderprogramma komt deze foto?
A
Olivia
B
Rita en Krokodil
C
Moomin Vallei
D
Liselotte

Slide 17 - Quiz

Hoe heet deze knuffel?
A
Giselle
B
Sjors
C
Sophie
D
Goose

Slide 18 - Quiz

Hoe heet deze kat?
A
Takkie
B
Snuffie
C
Sjaakie
D
Siepie

Slide 19 - Quiz

Uit welk kinderprogramma komt deze foto?
A
Nijntje
B
Peppa big
C
Moomin Vallei
D
Liselotte

Slide 20 - Quiz

Wat is de naam van dit merk?
A
Joy by deer
B
Drone by beer
C
Do by me
D
Done by deer

Slide 21 - Quiz

Hoe heet dit dier?
A
Slangie bangie
B
Rupsie
C
Rupsje nooit genoeg
D
Vlinder

Slide 22 - Quiz

Wat zegt de Krullevaar altijd?
A
Brrr... ta lie loe
B
Prrr… ta lie loe
C
Krrr... ta loe loe
D
Prrr... ta lie loo

Slide 23 - Quiz

RONDE 3: KINDERLIEDJES

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Wat komt er nu in het liedje?
De ... gaan/doen/die ....
A
die lezen de krant, lezen de krant, lezen de krant
B
gaan open en dicht, open en dicht, open en dicht
C
gaan op en neer, op en neer, op en neer
D
doen toettoettoet, toettoettoet, toettoettoet

Slide 26 - Quiz

0

Slide 27 - Video

Maak af:
'nu nog mijn ... '
A
handje
B
buikje
C
neusje
D
voetje

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Video

Welke shark komt er nu?
A
daddy shark
B
mommy shark
C
grandma shark
D
grandpa shark

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Video

Maak af:
'naar opa en naar oma en naar ...'
A
timboektoe toe
B
mammaloe
C
mijn bedje toe
D
het koetje boe

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Video

Wat komt er na het 'Poesje Mauw'?
A
Kipje Tok
B
Varkentje Knor
C
Hondje Waf
D
Koetje Boe

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Video

Wat komt er nu voor tekst?
A
Knie, buig, arm, hoofd, rol rol rol
B
Knie, buik, arm, hoofd, rol rol rol
C
Knie, buik, hoofd, rol rol rol
D
Knie, buik, arm, rol rol rol

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Video

Wat komt er na 'doe je muts op'?
A
Doe je sjaal om
B
Doe je helm op
C
Doe je ski's aan
D
Doe je schoenen aan

Slide 38 - Quiz

Slide 39 - Video

Wat komt er na 'strek je armen'?
A
Armen omhoog
B
Tong uit je mond
C
Vuisten maken
D
Billen naar achteren

Slide 40 - Quiz

Slide 41 - Video

Wie is de schoenenpoetser?
A
Duizendloper
B
Vogel
C
Dat is recht en dat is krom
D
Duizendpoot

Slide 42 - Quiz

Slide 43 - Video

Wat is het volgende olifantje aan het doen?
A
Olifantje in de zee, ga je nog eens met mij mee
B
Olifantje in de wei, wat kijk jij ontzettend blij
C
Olifantje in de plas, ga je mee naar het gras
D
Olifantje in de rij, kijk jij ook naar mij

Slide 44 - Quiz

RONDE 4: 30 seconds

Slide 45 - Slide

....en de winnaar is....

Slide 46 - Slide