GS8 nabeschouwing

Welk begrip past bij deze omschrijving?

'Alles moest in het teken staan van de nazi-ideologie, wie het er niet mee eens was kreeg het moeilijk in Duitsland'.
A
gelijkschakeling
B
rassenleer
C
antisemitisme
D
Neurenberger wetten
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Welk begrip past bij deze omschrijving?

'Alles moest in het teken staan van de nazi-ideologie, wie het er niet mee eens was kreeg het moeilijk in Duitsland'.
A
gelijkschakeling
B
rassenleer
C
antisemitisme
D
Neurenberger wetten

Slide 1 - Quiz

Welk begrip past bij de tekst?
De verbood huwelijken en omgang tussen niet-Joodse Duitsers en Joden. Het doel was het zuiver houden van het Duitse bloed en het zeker stellen van de toekomst van de Duitse natie. Wie het huwelijksverbod overtrad, werd naar een tuchthuis gestuurd. Verder mochten Joden geen Duitse vrouwen in dienst hebben en mochten ze de nationale vlag niet hijsen. Een overtreding van die laatste twee verboden werd bestraft met een jaar gevangenisstraf en/of een geldboete.

Slide 2 - Open question

Bij welke historische gebeurtenis hoort deze foto?

Slide 3 - Open question

Hieronder staan vier beweringen over de Jodenvervolging in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog.
➤Welke bewering is juist?
A
Alleen Joden waren verplicht altijd een persoonsbewijs bij zich te hebben.
B
Het grootste deel van de Joden kon de oorlog overleven dankzij de mogelijkheid om onder te duiken.
C
Joden werden vervolgd omdat ze tegen de nazi's waren en niet op de NSDAP stemden.
D
Na een razzia werden Joden afgevoerd naar doorgangskamp Westerbork.

Slide 4 - Quiz

Duitse leerlingen leerden, met behulp van deze
schoolplaat, in de jaren '30 hoe ze door uiterlijke kenmerken
Duitsers uit Zuid, Midden en Noord-Duitsland konden herkennen.

Van welk begrip is deze plaat een onderdeel?

Slide 5 - Open question

Op deze Duitse schoolplaat zie je hoe leerlingen in de jaren '30
werd geleerd hoe ze Joden konden herkennen aan uiterlijke
kenmerken.
Leg uit waarom de nazi's wilden dat leraren in
Duitsland deze les gaven.

Slide 6 - Open question

Welke begrip past bij deze omschrijving?
In 1925 opgericht en was oorspronkelijk de persoonlijke lijfwacht van Adolf Hitler. De groepering groeide uit tot wat de nazi's beschouwden als een elite-eenheid. Ze hadden eigen kentekens, uniformen en militaire rangen. Leden van deze groep werden ook wel 'zwarthemden' genoemd.
A
SS
B
NSDAP
C
NSB
D
SA

Slide 7 - Quiz

Welk begrip past bij deze bron?

Joden werden uit hun huizen gehaald en moesten verplicht gaan wonen in het 'Judenviertel'. In de stad Warschau zaten op enkele vierkante kilometers meer dan 400.000 joden op elkaar gepropt.

Slide 8 - Open question

Noem drie verschillende groepen die moesten onderduiken.

Slide 9 - Open question

Wat werd er besproken tijdens de Wannsee conferentie?
A
de Endlösung
B
De Neurenberger rassenwetten
C
Operatie Barbarossa
D
De slag om Stalingrad

Slide 10 - Quiz

Kamp Westerbork was een..
A
werkkamp
B
doorvoerkamp
C
vernietigingskamp
D
een werkkamp en een doorvoerkamp

Slide 11 - Quiz

Waarom was de slag om Stalingrad een keerpunt?
A
Duitsland kon eindelijk verder Rusland in
B
Duitsland werd voor het eerst echt verslagen
C
Stalin ging meevechten in de oorlog
D
Amerika ging Rusland helpen, waardoor Duitsland hier verloor

Slide 12 - Quiz

Wanneer vond de Slag om Stalingrad plaats?
A
1943
B
augustus 1941-februari 1942
C
augustus 1943-februari 1944
D
augustus 1942-februari 1943

Slide 13 - Quiz

Wie won de slag bij Stalingrad?
A
De Sovjet-Unie
B
Duitsland
C
Amerika
D
Engeland

Slide 14 - Quiz

Wat is D-day
A
Direction-day
B
Decision-day
C
Demolishion-day
D
Division-day

Slide 15 - Quiz

Wanneer was de oorlog in Europa voorbij?
A
8 mei 1945
B
10 mei 1944
C
10 mei 1945
D
8 mei 1944

Slide 16 - Quiz

Bij welke gebeurtenis hoort
de afbeelding?
A
Landing van de geallieerden soldaten in Normandië
B
Duiste soldaten vallen Engeland aan
C
Amerikaanse soldaten vallen Nederland aan
D
Soldaten komen uit hun loopgraven om te vechten

Slide 17 - Quiz

Wanneer vond D- Day plaats?
A
5 mei 1940
B
6 juni 1944
C
30 april 1944
D
6 augustus 1945

Slide 18 - Quiz

Wat was het doel van operatie Market Garden ?
A
Het overnemen van belangrijke bruggen over Nederlandse rivieren.
B
Het innemen van Berlijn
C
Het vermoorden van Hitler
D
Het beginnen van een markt in Brunssum

Slide 19 - Quiz

Welk gedeelte van Nederland beleefde de hongerwinter?
A
Noord-Nederland
B
Zuid-Nederland

Slide 20 - Quiz

Wanneer is het Bevrijdingsdag in Nederland:
A
1 mei
B
4 mei
C
5 december
D
5 mei

Slide 21 - Quiz

Wat herdenken wij op 4 mei?

Slide 22 - Open question