‹Return to search

Les 2: structuur tekst

De leeuw in de muis
de karakters
BEGRIJPEND LUISTEREN
1 / 12
next
Slide 1: Slide
Begrijpend luisterenBasisschoolGroep 1-3

This lesson contains 12 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Introduction

Het is niet altijd makkelijk om klein te zijn, maar ook de allerkleinste muis kan zo dapper zijn als een leeuw.

Items in this lesson

De leeuw in de muis
de karakters
BEGRIJPEND LUISTEREN

Slide 1 - Slide

WELKOM bij de digibordles van Kidsweek in de Klas. In de lesinstructie leest u hoe u de les kunt geven.



Wat was er met de leeuw en de muis aan de hand?

Slide 2 - Slide

Lesdoelen formuleren
Bespreek het lesdoel met uw leerlingen.



Lesdoelen
Aan het einde van de les kan ik vertellen wat het karakter van de muis en wat het karakter van de leeuw is.

Slide 3 - Slide

Lesdoelen formuleren
Bespreek het lesdoel met uw leerlingen.



de leeuw
de muis

Slide 4 - Slide

Lesdoelen formuleren
Bespreek het lesdoel met uw leerlingen.
3

Slide 5 - Video

This item has no instructions




de leeuw
de muis
Onopvallend, bang, verlegen.
Hij piept zacht, andere dieren gaan soms op hem zitten of staan, op de plaatjes kijkt hij bang en verdrietig.
Opvallend, stoer, trots, sterk, belangrijk. Hij wordt graag bewonderd, gevreesd en geacht.
Hij durf te grommen, spant zijn spieren aan en laat zijn kracht zien aan andere dieren.

Slide 6 - Slide

Lesdoelen formuleren
Bespreek het lesdoel met uw leerlingen.



        de leeuw
de muis
Onopvallend, bang, verlegen.
Hij piept zacht, andere dieren gaan soms op hem zitten of staan, op de plaatjes kijkt hij bang en verdrietig.
Opvallend, stoer, trots, sterk, belangrijk. Hij wordt graag bewonderd, gevreesd en geacht.
Hij durf te grommen, spant zijn spieren aan en laat zijn kracht zien aan andere dieren.
Bedeesd, slim, vindingrijk.
Niet dom, bedenkt een plan zodat hij een grom heeft.
Eenzaam/alleen.
‘Misschien dat ze zelfs wel mijn vriend willen zijn’ en ‘dan voel ik mij groter en minder alleen’
Ongeduldig
Besluitvaardig, dapper, trots.
Vriendelijk/lief, sterk en tevreden.
'Ik ga leren grommen en wel nu meteen’
Hij had stellig besloten zich groter te schreeuwen en klom naar de top waar de leeuw was. Gaat naar de leeuw, terwijl hij eigenlijk heel bang is.
Zegt tegen de leeuw ‘niet schrikken, ik doe je geen kwaad’. En wil zijn huis niet ‘inpikken’
Bang voor de muis
Roept ‘jèèèkkk’ en kijkt bang, hij trilde, maakte zich klein en piepte paniekerig ‘doe me geen pijn’, hij wilde verhuizen voor de muis.

Slide 7 - Slide

Lesdoelen formuleren
Bespreek het lesdoel met uw leerlingen.
01:13



de leeuw
de muis
Onopvallend, bang, verlegen
Hij piept zacht, andere dieren gaan soms op hem zitten of staan, op de plaatjes kijkt hij bang en verdrietig.

Slide 8 - Slide

Lesdoelen formuleren
Bespreek het lesdoel met uw leerlingen.
00:45



de leeuw
de muis
Onopvallend, bang, verlegen.
Hij piept zacht, andere dieren gaan soms op hem zitten of staan, op de plaatjes kijkt hij bang en verdrietig.

Slide 9 - Slide

Lesdoelen formuleren
Bespreek het lesdoel met uw leerlingen.
01:13



de leeuw
de muis
Onopvallend, bang, verlegen.
Hij piept zacht, andere dieren gaan soms op hem zitten of staan, op de plaatjes kijkt hij bang en verdrietig.
Opvallend, stoer, trots, sterk, belangrijk. Hij wordt graag bewonderd, gevreesd en geacht.
Hij durf te grommen, spant zijn spieren aan en laat zijn kracht zien aan andere dieren.

Slide 10 - Slide

Lesdoelen formuleren
Bespreek het lesdoel met uw leerlingen.
Heb ik de lesdoelen behaald?
Ik weet wat de karakters van leeuw en muis zijn.

Slide 11 - Slide

Afsluiting + terugkoppeling lesdoelen
Bespreek met uw leerlingen of zij de lesdoelen hebben behaald.
Goed gewerkt!
BEGRIJPEND LUISTEREN

Slide 12 - Slide

WELKOM bij de digibordles van Kidsweek in de Klas. In de lesinstructie leest u hoe u de les kunt geven.