§1.1 Weer

Welkom
Uitleg §1 weer
1 / 36
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

This lesson contains 36 slides, with text slides and 8 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
Uitleg §1 weer

Slide 1 - Slide

Video
Het weer is belangrijk voor iedereen 15 min

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Leerdoelen
  • Je weet uit welke weerselementen het weer bestaat.
  • Je begrijpt hoe luchtdrukverschillen ontstaan en hoe de kringloop van het water werkt.
  • Je kunt in de atlas gebieden aanwijzen waar stuwingsregens voorkomen.

Slide 4 - Slide

Begrippen
weer – Toestand van de atmosfeer op een bepaald moment en een bepaalde plaats.
weerselementen – Dit zijn neerslag, temperatuur en wind.
temperatuur – Hoe warm of koud het is, gemeten in graden.
neerslag – Regen, hagel, sneeuw, mist en ijzel
wind – Verplaatsing van lucht van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied
schaal van Beaufort – Windkracht gemeten volgens de schaal van Beaufort. Windkracht 1
is windstil en windkracht 12 is orkaankracht.
luchtdruk – Druk van het gewicht van de lucht die op aarde drukt.
barometer – Instrument om de luchtdruk te meten.
lagedrukgebied – Een gebied met lage luchtdruk waar de lucht stijgt.
hogedrukgebied – Een gebied met een hoge luchtdruk door dalende lucht

Slide 5 - Slide

Begrippen
wet van Buys Ballot – Wind waait van hoge druk naar lage druk met op het noordelijk
halfrond een afwijking naar rechts en op het zuidelijk halfrond naar links.
waterkringloop – Het proces waarbij water na verdamping via wolken, neerslag, grondwater
en rivieren terugstroomt naar zee. Er is een korte en een lange waterkringloop.
aanlandige wind – Een wind die van zee naar het land waait.
aflandige wind – Een wind die van het land naar de zee waait.
condenseren / condensatie – Kleine druppels die ontstaan uit waterdamp.
grondwater – Water dat in de bodem zit en dat je kunt gebruiken als drinkwater.
stuwingsregen – Regen die ontstaat wanneer lucht gedwongen wordt tegen een berghelling
op te stijgen.
loefzijde – Die kant van een gebergte waar de lucht opstijgt, condenseert en neerslag valt.

Slide 6 - Slide

Begrippen
Lijzijde – De kant van een gebergte waar de droge lucht naar beneden komt
stijgingsregen – Regen die ontstaat als warme lucht opstijgt en daardoor afkoelt
frontale regen – Regen ontstaat doordat warme en koude licht elkaar ontmoeten en warme
lucht gedwongen wordt op te stijgen waarna het condenseert.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Meetinstrumenten weer

Slide 11 - Slide

Tekening ontstaan stijgende en dalende lucht
Hoe ontstaan luchtdrukverschillen en komt verschil in weer op gang?

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Video's
Luchtdruk
Schaal van Beaufort

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Slide 18 - Slide

Video's
Luchtstromen
Wet van Buys Ballot

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Slide 22 - Slide

aan- of aflandige wind
Water verdampt uit zee en waait richting land. 
Is dit een aanlandige of aflandige wind?
aanlandige wind

Wanneer de wind vanaf land richting zee waait, noemen we dit een
aflandige wind

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Link

Video's
Hoe ontstaat neerslag
Waterkringloop

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Video
Soorten neerslag

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Wat maken:
Opdrachten §1.1 weer. Heb je die af maak dan Box 1.1
Hoe maken:
Maak de opdrachten digitaal in de methode site of in je boek
Elke opdracht kijk je meteen na. Wees kritisch op je eigen antwoorden.  Je hebt deze les en de volgende 2 lessen de tijd om je werk te maken

Slide 34 - Slide

Leerdoelen
  • Je weet uit welke weerselementen het weer bestaat.
  • Je begrijpt hoe luchtdrukverschillen ontstaan en hoe de kringloop van het water werkt.
  • Je kunt in de atlas gebieden aanwijzen waar stuwingsregens voorkomen.

Slide 35 - Slide

Huiswerk
Maken:
Opdrachten van §1.1 Weer
Leren:
Leer begrippen en tekst §1.1; leer begrippen §1.2; leer topo Nederland

Slide 36 - Slide