7.4 Schuldig of onschuldig

1 / 21
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wanneer ben je een verdachte
A
Wanneer je je verdacht kleed.
B
Wanneer iemand je verdacht vindt.
C
Als de politie je ziet als verdachte.
D
Wanneer je iets hebt gedaan wat verboden is.

Slide 2 - Quiz

Wanneer mag de politie je fouilleren?

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Slide

Wat is de taak van een advocaat?
A
Iemand die bepaalt wat de straf wordt van een verdachte.
B
Iemand die de verdachte helpt tijdens het proces.
C
Iemand die de verdachte aanklaagt bij de rechtbank.
D
Een ouderwets 'drankje' wat op verjaardagen wordt gedronken.

Slide 5 - Quiz

Wat is de taak van een officier van justitie
A
Iemand die bepaalt wat de straf wordt van een verdachte.
B
Iemand die de verdachte helpt tijdens het proces.
C
Iemand die de verdachte aanklaagt bij
D
Iemand die de baas is van de rechtbank.

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Wat is de taak van een rechter?
A
De rechter bepaalt wat de straf wordt van een verdachte.
B
De rechter is de gene die de verdachte aanklaagt.
C
De rechter helpt de verdachte bij het proces
D
De rechter is iemand controleert of iedereen wel goed zijn werk doet.

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Video

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Mag een verdachten liegen tijdens een rechtszaak?

Slide 13 - Open question

Mag een getuige liegen tijdens een rechtszaak?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Opdracht
Maak de opdrachten bij paragraaf 7.4 t/m de samenvatting

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video