This lesson contains 9 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Wat doen we vandaag?
Vragen voor de toets?
Bespreken huiswerk 13A
Slide 1 - Slide
Quos ut vidit una ex multitudine simiarum, ipse qui prior esse videbatur,
iussit eos teneri,
ut interrogaret
quid de illo homines dicerent.
zodra een van de menigte apen hen zag,
beval zelf degene die de voornaamste scheen te zijn, dat zij vastgehouden werden,
opdat hij hen ondervroeg, wat de mensen over hem zeiden.
Slide 2 - Slide
Iussitque omnes sibi similes adstare ante se ordine longo, dextra laevaque, et sibi sedile parari;
sicut viderat imperatorem aliquando, taliter sibi adstare fecit.
En hij beval dat allen, gelijk aan hem, voor hem in een lange rij erbij gingen staan, rechts en links, en dat er voor hem een zetel werd gereedgemaakt zoals hij eens de keizer had gezien, zo deed hij hen bij hem staan.
Slide 3 - Slide
Iubentur homines adduci in medio.
Ait maior: “Quis sum ego?”
Fallax dixit: “Tu es imperator.”
Iterum interrogat:
“Et isti quos vides ante me stare?”
Men beveelt beval dat de mannen in het midden gebracht werden.
De leider zei: “Wie ben ik?”
De leugenaar zei: “U bent de keizer. ”Weer vraagt / (onder)vroeg hij: “en deze, die jij voor me ziet staan?”
Slide 4 - Slide
Respondit:
“Hi sunt comites tui,
primicerii,
campidoctores,
militares officii.”
Hij antwoordde:
“Zij zijn uw metgezellen, aanvoerders,
officieren,
militairen.”
Slide 5 - Slide
Et quia mendacio laudatus est cum turba sua,
iubet illum munerari,
et quia adulatus est,
omnes illos fefellit.
En omdat hij geprezen is / was met zijn menigte door een leugen,
beveelt / beval hij dat hij geschenken krijgt / kreeg,
en omdat hij gevleid heeft, heeft hij hen allemaal bedrogen.
Slide 6 - Slide
Aan het werk...
Maak taaloefeningen 2 en/of 3
Vertaal 13B, 1 t/m 4.
Dit is huiswerk voor woensdag.
Slide 7 - Slide
Wat heb je vandaag geleerd?
Slide 8 - Open question
Wat is nog onduidelijk? Waar wil je meer over weten?