Present perfect

Never have I ever .....

Present perfect
1 / 27
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2,3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Never have I ever .....

Present perfect

Slide 1 - Slide

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
My cat finally caught the mouse.
B
His cat hasn't caught a mouse since last year.
C
My dog never catches anything.
D
Did you get caught?

Slide 2 - Quiz

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
She goes home at 8 o'clock.
B
He fell off his bike.
C
She has caught ten balls so far.
D
They worked all day yesterday.

Slide 3 - Quiz

Hoe vorm je de Present Perfect?
A
stam + ED
B
met het derde rijtje van de irregular verbs
C
stam + S bij he / she / it
D
met has / have + voltooid deelwoord

Slide 4 - Quiz

Herhaling


                       Present perfect


        have / has + voltooid deelwoord

Slide 5 - Slide

Wat is dan het voltooid deelwoord?
er zijn 2 verschillende         regelmatige werkwoorden 
                                                           
                                                  onregelmatige werkwoorden
1
2

Slide 6 - Slide

           
             regelmatige werkwoorden       
1
werkwoord + -ed
play - played
walk - walked
work - worked
want - wanted

Slide 7 - Slide

           
             onregelmatige werkwoorden

2
Het derde woord uit de rijtjes 
To do - did - done
to fly - flew - flown
to fight - fought - fought

Slide 8 - Slide

I ............(never to steal) something

Slide 9 - Open question

He ..............(never to be)
a superhero

Slide 10 - Open question

Vragen maken in de present perfect
zet have/has aan het begin van de zin
vb
  • he has eaten at a restaurant
  • has he eaten at a restaurant?

Slide 11 - Slide

ontkenningen maken in de present perfect
Zet not achter have/ has
VB
  • he has eaten in a restaurant
  • he has not eaten in a restaurant

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Present Perfect
Wordt gebruikt als iets in het verleden is gebeurd en nog niet is afgelopen

Slide 14 - Slide

Als je iets nog nooit heb gedaan of je hebt iets altijd al willen doen 
ervaringen
is in het verleden begonnen en nog niet afgelopen
dus present perfect

Slide 15 - Slide

before /lately /up till now /for / for how long /just 
already /never /ever /since /so far /yet
signaalwoorden :
(als deze woorden in de zin staan moet je meestal de present perfect gebruiken)

Slide 16 - Slide

Uitzondering
het is wel afgelopen maar je gebruikt toch 
de present perfect

Het is  afgelopen maar het resultaat is belangrijker dan wanneer het is gebeurd.


I have lost my keys.
Je bent niet meer bezig je sleutels te verliezen maar het resultaat ( bv. je kunt je huis niet in) is belangrijker dan wanneer het is gebeurd.

Slide 17 - Slide

She .........(to buy) a new car

Slide 18 - Open question

She .........(to buy) a new car

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Link

Past Simple vs Present Perfect

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

They (to be) home last night

Slide 23 - Open question

He (live) here since 1990.

Slide 24 - Open question

The dog (to bite) the man yesterday.

Slide 25 - Open question

He (to play) videogames since he was a child.

Slide 26 - Open question

Slide 27 - Link