File 3 - Party Time - 25 till 30

Party Time - File 3
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Party Time - File 3

Slide 1 - Slide

Quizlet
  1. Log in (eigen wachtwoord).
  2. Neem woordenlijst C over (in klas
    PZ1C 2022-2023)
  3. Oefen words A, B of C voor 10 min.
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Je begrijpt hij je een zin negatief maakt met NOT.
Je kunt zelf zinnen ontkennend maken met don't & doesn't.
Je hebt geoefend met words C.

Slide 3 - Slide

This lesson
1. Quizlet
10 min.
oefenen
2. Don't/Doesn't
10 min
uitleggen
3. Make
15 min.
28/29/30 homework
4.Quizizz
when time left
samen

Slide 4 - Slide

do / does / don't / doesn't

Slide 5 - Slide

questions

Slide 6 - Slide

Do and does
Wanneer je een vraag hebt

Begin je de vraag met:
do + hele werkwoord
of
does + hele werkwoord

Slide 7 - Slide

Do
vragen met: 
 I   (ik)
you, we en they (meervoud)

Begin je met DO
De rest van de zin blijft hetzelfde.

Slide 8 - Slide

Do
  • They eat fruit.
  • Do they eat fruit?

Slide 9 - Slide

Do
  • You like cats a lot.
  • Do you like cats a lot?

Slide 10 - Slide

Does
Vragen met: 
HE, SHE en IT

Begin je met DOES + hele werkwoord zonder S!
to sleep = sleep

Slide 11 - Slide

Does
  • He enjoys rap music.
  • Does he enjoy rap music?

Slide 12 - Slide

negatives

Slide 13 - Slide

Don't and doesn't
Wanneer je zegt dat iets niet zo is.

Je zet not achter do of does.
do not = don't
does not = doesn't

Slide 14 - Slide

Je gebruikt DON'T / DOESN'T bij ontkennende zinnen.

Slide 15 - Slide

Don't

Bij:  I, you, we en they zet je DON'T voor het werkwoord.

Slide 16 - Slide

Don't
  • I have a pet
  • I don't have a pet

Slide 17 - Slide

Don't
  • You have a sweet dog
  • You don't have a sweet dog.

Slide 18 - Slide

Doesn't
Bij he, she en it zet je DOESN'T voor het werkwoord.
 
Bij DOESN'T verandert het werkwoord in het hele werkwoord.

Slide 19 - Slide

Doesn't
  • He knows a lot of tricks.
  • He doesn't know a lot of tricks.

Slide 20 - Slide

Doesn't
  • She has a pet bird (to have)
  • She doesn't have a pet bird

Slide 21 - Slide

Working
Studiewijzeropdrachten

Extra oefenen?
Scan de QR-code
timer
15:00
www.test-english.com

Slide 22 - Slide