Les 7 3/11

Welkom Adelar!
1 / 27
next
Slide 1: Slide
NederlandsEnseignement Secondaire

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 75 min

Items in this lesson

Welkom Adelar!

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
Opwarmer
https://jeugdjournaal.nl/artikel/2589000-deze-kinderen-kunnen-een-belangrijke-vredesprijs-winnen

Grammatica:
 zinsdelen en woordsoorten

Slide 2 - Slide

Wat betekent mentaal?
A
Geestelijk, met je verstand
B
Sociaal, met anderen omgaan
C
Fysiek, met je lichaam
D
Lichamelijk, met je spieren

Slide 3 - Quiz

Wat betekent 'er niet om malen'?
A
Een probleem oplossen
B
Iets niet belangrijk vinden
C
Hard werken aan een project
D
Zorgen voor anderen

Slide 4 - Quiz

Wat betekent leerprestatie?
A
De tijd die je aan leren besteedt
B
Een les die je hebt gevolgd
C
Het resultaat van het leren
D
De moeilijkheidsgraad van een onderwerp

Slide 5 - Quiz

fysiek


Slide 6 - Open question

pontificaal


Slide 7 - Open question

je dag niet hebben


Slide 8 - Open question

ten minste


Slide 9 - Open question

schrander


Slide 10 - Open question

Huiswerk
Paragraaf 1.7 zinsdelen
Lezen leerteksten blz. 47 en 48 + maken opdrcht 12 blz. 50
Leren woorden blz. 33


Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Verkiezingen in NL
https://jeugdjournaal.nl/artikel/2588578-dit-vinden-kinderen-van-de-uitslag-van-de-verkiezingen

Woordsoorten

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

'mooi ' en 'lelijk' zijn bijvoeglijk naamwoorden. Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over
A
een zelfstandig naamwoord
B
een werkwoord
C
een voorzetsel
D
over de hele zin

Slide 17 - Quiz


Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden?
A
zonnige
B
dag
C
zonnige , leren
D
leren

Slide 18 - Quiz

Wat is geen lidwoord?
A
de
B
een
C
nu
D
het

Slide 19 - Quiz

Benoem de woordsoorten:
Woordsoorten zijn lastig.

'Woordsoorten' is
A
zn
B
ww
C
bn
D
lw

Slide 20 - Quiz

Benoem de woordsoorten:
Woordsoorten zijn lastig.

'lastig' is
A
zn
B
ww
C
bn
D
lw

Slide 21 - Quiz

Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
prijs is ..
A
vz
B
zn
C
bn
D
lw

Slide 22 - Quiz

Hoe noem je de volgende woordsoorten?

in, op, onder, door
A
lidwoorden
B
voorzetsels
C
telwoorden
D
aanwijzende voornaamwoorden

Slide 23 - Quiz

Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
gewonnen is ..
A
vz
B
zn
C
ww
D
lw

Slide 24 - Quiz

Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord?
'Judith trok een vragend gezicht.'
A
vragend
B
trok
C
gezicht
D
Judith

Slide 25 - Quiz

Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
heeft is ..
A
ww
B
zn
C
bn
D
vz

Slide 26 - Quiz

Les 7 3/11

Slide 27 - Slide