Periode 3 Atelier 1

Didactiek van fictie: wat, hoe en waarom?


Om 10.45 uur weet je:
  • wat het doel is van dit atelier
  • wat de eindopdracht inhoudt
  • hoe we tijdens de ateliers werken

1 / 19
next
Slide 1: Slide
Didactiek van fictieHBOStudiejaar 2

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Didactiek van fictie: wat, hoe en waarom?


Om 10.45 uur weet je:
  • wat het doel is van dit atelier
  • wat de eindopdracht inhoudt
  • hoe we tijdens de ateliers werken

Slide 1 - Slide

Lucebert: welk woord past op de puntjes?
Als ik wil                                              a. boterhammen
veeg ik de                                           b. zon
smeerkaas                                         c. honger
van mijn                                              d. jou
bril                                                         e. helden
om ... te                                               f. iets
zien aan                                              g. alles
de horizon                                         h. koeien

Slide 2 - Slide

Met fictie:
Leer je beter lezen
Leer je jezelf (beter) kennen
Leer je de wereld kennen

Slide 3 - Slide

Beter leren denken door... (Leat)
bestaande kennis te gebruiken, samen nieuwe kennis te leren, een spelelement te ervaren, meer dan één goed antwoord te kunnen geven, functioneel in groepen te werken, veel overleg te hebben, de docent als een van de hulpbronnen te ervaren, achteraf de aanpak te bespreken.

Slide 4 - Slide

Het belang van leesbevordering (handig voor je visie):

Feiten:
  • Resultaten PISA-2018 in vogelvlucht (Gubbels e.a., 2019)
  • www.lezen.nl: onderzoeken en publicaties
Jelle Jolles: tien redenen om te lezen: https://www.jellejolles.nl/lezen-2-0-tien-redenen-lezen-belangrijk/180122boxtienredenenlezen/

Slide 5 - Slide

Doel van Fictiedidactiek:
Je ontwikkelt:
  • kennis van belang leesmotivatie, leesattitude, didactische middelen voor leesbevordering en literaire ontwikkeling;
  • dominante opvattingen over fictieonderwijs en -didactiek;
  • kennis van fasen in leesontwikkeling en de rol van overgangsliteratuur daarin;
  • vaardigheden om op basis van het bovenstaande je fictieonderwijs in te richten.

Hiervoor gebruik je:
studiewijzer, BlackBoard, Jeugdliteratuur & Didactiek, onderzoeken van www.lezen.nl, je kennis van Vakdidactiek en Pedagogiek én de PRAKTIJK

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Slide 11 - Link

Hoe gaan we te werk in periode 3 en 4?
Periode 3 (6x 90 minuten): tijdens colleges bespreken we concepten, good practices en eigen leeslijsten; in april organiseren we peer feedback op a en b uit eindopdracht
Periode 4 (3x): peer feedback op c en d uit eindopdracht. 
Inleverdatum: 3 juni 2022 (1e) en 24 juni 2022 (2e)

Slide 12 - Slide

Interesse in het behalen van een goede beoordeling?

Slide 13 - Slide

Aan de slag:
Vorm tweetallen en maak een eerste plan:
  • doelgroep? (zoek ook publicaties op www.lezen.nl)



  • leerdoelenkaart fictie (zie BlackBoard)
  • hoe stemmen jullie af met de stageschool?

  • wat verwachten jullie van je samenwerking? (en: houd een logboek bij!)
  • hoe hebben jullie fictieonderwijs ervaren op de middelbare school?
  • wat neem je ervan mee of wat ga je zeker anders doen?
Aan de slag:
  • Vorm tweetallen en kies een doelgroep. Wat weten jullie al over de leerlingen en welke info hebben jullie verder nodig?
  • Brainstorm over ideeën voor de lessenserie en houd het doel goed voor ogen. Gebruik de leerdoelenkaart.
  • Hoe gaan jullie afstemmen met de stageschool?
  • Hoe gaan jullie de taken verdelen? Maak een tijdpad.
  • Wanneer zijn jullie tevreden over de samenwerking? Houd een logboek bij!
  • In hoeverre waren fictielessen op jouw school ooit inspirerend?


Slide 14 - Slide

Terugkoppeling

Slide 15 - Slide

Boekpromotie

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Voor het volgende atelier op 10 februari:
  • Jeugdliteratuur & Didactiek, H4, blz. 127-147; de kernpunten op blz. 128 vormen basiskennis
  • Wie zijn je leerlingen? Verzamel informatie over je doelgroep. Ga in gesprek met minstens één meisje en één jongen. Informeer naar hun lees- en kijkgedrag. Vraag wat zij interessant, belangrijk, plezierig etc. vinden.
  • Neem de methode Nederlands van je stageschool mee op 10 februari.
  • College van 17 februari valt uit. Derde college is op 3 maart.

Slide 19 - Slide