Quiz KI

KI: Quiz
1 / 16
next
Slide 1: Slide
InformaticaMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

KI: Quiz

Slide 1 - Slide

Wat is het verschil tussen Informatica en Kunstmatige Intelligentie?
A
KI leert zelf de algorit-mes, en bij informatica worden ze gegeven
B
Bij informatica werkt het meteen, en bij KI moet het eerst leren

Slide 2 - Quiz

Wat is de Turingtest?
A
Een test om te zien of een computer kan doen alsof het een mens is
B
Een test om te zien of een computer beter is dan een mens
C
Een chatprogramma
D
Een virtuele assistent

Slide 3 - Quiz

Wat is een tegenargument voor de Turingtest?
A
Google Translate
B
De Chinese kamer
C
AlphaGO
D
Tesla

Slide 4 - Quiz

Wat is de conclusie van het Chinese kamer gedachtenexperiment?
A
Het is onmogelijk om Chinees te leren
B
De kamer praat wel Chinees, maar de mens erin begrijpt het niet.
C
De Chinese kamer werkt niet, dus de Turingtest ook niet

Slide 5 - Quiz

Wat is het verschil tussen zwakke en sterke AI?
A
Sterke AI is beter dan zwakke AI
B
Sterke AI is echte AI, en zwakke AI is informatica
C
Sterke AI is echt intelligent, en zwakke AI doet maar alsof
D
Sterke AI gebruikt Big Data en zwakke AI niet

Slide 6 - Quiz

Onder welk type Machine Learning valt het maken van deze quiz?
A
Gecontroleerd leren
B
Ongecontroleerd leren
C
Ondersteund leren

Slide 7 - Quiz

Hoe heette de computer die in 1997 voor het eerst de wereldkampioen schaak (Kasparov) versloeg?
A
AlphaGO
B
ZEN
C
Enigma
D
Deep Blue

Slide 8 - Quiz

Bij x=[1, 0, 1] en
w=[1, 0, 0, -1],
wat is de output?
A
1
B
0
C
-1

Slide 9 - Quiz

Waarom wordt modelleren gebruikt?
A
Om dingen te testen die je niet zomaar in het echt kan testen
B
Om complex gedrag te onderzoeken dat we nog niet begrijpen

Slide 10 - Quiz

Welk onderdeel van een Turingmachine is een Finite State Machine?
A
De lees-/schrijfkop
B
De magnetische band

Slide 11 - Quiz

Wanneer is een computer "turingcompleet"?
A
Wanneer het Naziberichten kan decoderen
B
Wanneer het alle wiskundige problemen kan oplossen
C
Het kan alle algorit-misch berekenbare problemen oplossen
D
Wanneer je er DOOM op kunt spelen

Slide 12 - Quiz

Wat is NIET een stroming over standpunten van de KI?
A
De digitale utopisten
B
De analogenfanatici
C
De technosceptici
D
De 'gunstige KI'-beweging

Slide 13 - Quiz

Onder welk risico valt het systeem van de Belastingdienst dat over kindertoeslagen gaat?
A
Superintelligentie
B
Onbetrouwbaarheid
C
Vooringenomen algoritmes
D
Loss of skills

Slide 14 - Quiz

Onder welk risico vallen zelfrijdende auto's NIET?
A
Juridische aansprakelijkheid
B
Autonome wapens
C
Invloed van techbedrijven
D
Onbetrouwbaarheid

Slide 15 - Quiz

Welk systeem heeft als risico 'onbetrouwbaarheid'?
A
Microsoft Teams
B
Samsung SGR-A1
C
AlphaGO
D
Alexa

Slide 16 - Quiz