Les 1: ordenen

Les 1: ordenen

Tijdvak 1: jagers en boeren.

Wat was kenmerkend voor de woonwijze?

1. Sedentair bestaan (vaste woonplek)
2. Nomaden.
3. Domeinen
4. Stadsstaten

Tijdvak 1: jagers en boeren

Benoem 2 kenmerken van de godsdienst tijdens de tijd van de jagers en boeren.

Tijdvak 2: Grieken en Romeinen

Wat was kenmerkend voor de woonwijze van de Grieken?

1. Hotels
2. Nomaden
3. Domeinen
4. Stadsstaten

Tijdvak 2: Grieken en Romeinen

Benoem 2 kenmerken van de godsdienst uit de tijd van de Romeinen.

Tijdvak 3: Monniken en Ridders.

Wat was kenmerkende voor het economische systeem?

1. Hofstelsel
2. Leenstelsel
3. Domeinen
4. Heidenen

Tijdvak 3: Monniken en Ridders.

Benoem 2 kenmerken van de godsdienst uit de tijd van de Monniken en Ridders.

Leerdoelen

1. Leerlingen kunnen uitleggen hoe door continuïteit en verandering de geschiedenis wordt geperiodiseerd.

2. Leerlingen kunnen met behulp van een stappenplan onderzoeken op welke wijze interpretatie een rol speelt bij de kenmerkende aspecten van tijdvak 1, 2 en 3.

Continuïteit en verandering

De geschiedenis is heel lang en ingewikkeld. Om het overzichtelijk te maken, verdelen historici het verleden in tijdvakken of periodes. Dat noemen we periodisering. Periodisering geeft dus overzicht!

Maar hoe bepalen historici waar een periode begint of eindigt? Dat doen ze door te kijken naar:

- Verandering: Is er iets belangrijks veranderd in hoe mensen leven, denken of werken?

- Continuïteit: Zijn er dingen die juist hetzelfde blijven, ondanks veranderingen?

Als er een grote verandering plaatsvindt (bijvoorbeeld de overgang van jagen naar landbouw, of van het Romeinse Rijk naar de middeleeuwen), dan zeggen historici: "Hier begint een nieuw tijdvak."

Interpreteren van het verleden op basis van godsdienst. Welke veranderingen of continueringen weten we?

Continuering: 

Verandering:

Polytheïsme: meerdere goden.

Natuurgodsdienst.

Polytheïsme: meerdere goden.

Natuurgodsdienst.

Religie centrale rol dagelijks leven.

Monotheïsme: één god.
Christendom dominant.

Opkomst Jodendom/Christendom.

TV1: Jagers & Boeren                              TV 2: Grieken en Romeinen                        TV 3: Monniken en Ridders

prehistorie - 3000 V.C.                              3000 V.C. - 500.                                                      500 - 1000

Continuïteit en verandering

"De geschiedenis is heel lang en ingewikkeld. Daarom verdelen historici het in stukjes, net als hoofdstukken in een boek. Dat noemen we tijdvakken. Ze doen dat door te kijken naar wat er verandert én wat hetzelfde blijft. Als er veel verandert, begint er een nieuw hoofdstuk. Maar als dingen lang hetzelfde blijven, blijft het hoofdstuk nog even doorgaan."

Kijkend vanuit godsdienst: kun je een andere verdeling in de periodisering tussen tijdvak 1, 2 en 3 maken?

Continuering: 

Verandering:

Polytheïsme: meerdere goden.

Natuurgodsdienst.

Polytheïsme: meerdere goden.

Natuurgodsdienst.

Religie centrale rol dagelijks leven.

Monotheïsme: één god.
Christendom dominant.

Opkomst Jodendom/Christendom.

TV1: Jagers & Boeren                              TV 2: Grieken en Romeinen                        TV 3: Monniken en Ridders

prehistorie - 3000 V.C.                              3000 V.C. - 500.                                                      500 - 1000

Bespreek in tweetallen:

Hoe word door continuïteit en verandering de geschiedenis geperiodiseerd?

Stappenplan

Stappenplan interpretatie kenmerkende aspecten.

1. Bij welk onderwerp hoort het kenmerkende aspect: politiek, economie, sociaal of godsdienst?

2. Welke veranderingen zie je? Wat blijft hetzelfde? 

3. Waarom is dit gekozen als grens van verandering of continuering?

4. Wat zegt punt 3 over de interpretatie van de maker van de bron?

Stappenplan

Stappenplan interpretatie kenmerkende aspecten.

1. Bij welk onderwerp hoort het kenmerkende aspect: politiek, economie, sociaal of godsdienst?

2. Welke veranderingen zie je? Wat blijft hetzelfde? 

3. Waarom is dit gekozen als grens van verandering of continuering?

4. Wat zegt punt 3 over de interpretatie van de maker van de bron?

In tweetallen ga je een werkblad maken, waarbij je het stappenplan gaat gebruiken. 

Lees de opdrachten goed en overleg.

De les wordt afgesloten met een aantal vragen over de leerdoelen:

1. Leerlingen kunnen uitleggen hoe door continuïteit en verandering de geschiedenis wordt geperiodiseerd.

2. Leerlingen kunnen met behulp van een stappenplan onderzoeken op welke wijze interpretatie een rol speelt bij de kenmerkende aspecten van tijdvak 1, 2 en 3.