Les lumières (de juiste)

1 / 37
next
Slide 1: Slide
FransWOStudiejaar 5

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat weet je over de Verlichting?

Slide 2 - Mind map

Waar staat de term 'Verlichting' symbool voor?
A
het verstand
B
gelijkheid
C
de onwetendheid
D
vrijheid

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Slide

Wie werd ook wel de Roi Soleil genoemd?
A
Louis XIV
B
Napoléon Bonaparte
C
François 1er

Slide 5 - Quiz

Wat was een uitspraak van de Roi Soleil?
A
L’État c’est moi !
B
Dieu c’est moi !
C
Le plus beau c’est moi !
D
Le meilleur c’est moi !

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Quel est le siècle des Lumières?

A
Le XVIe siècle
B
Le XVIIe siècle
C
Le XVIIIe siècle
D
Le XIXe siècle

Slide 11 - Quiz

Qu'est-ce qui guide les philosophes des Lumières?
A
la raison
B
la foi
C
l'intuition
D
l'envie d'exercer le pouvoir

Slide 12 - Quiz

Quel est l'oeuvre le plus emblématique des Lumières?
A
De l'esprit des lois
B
Candide
C
L'Encyclopédie
D
Lettres persanes

Slide 13 - Quiz

Qui entreprend la publication de l'Encyclopédie?
A
Diderot et Voltaire
B
Diderot et Rousseau
C
Diderot et d'Alembert
D
Diderot et Montesquieu

Slide 14 - Quiz

La monarchie absolue est un régime politique où

A
le roi partage ses pouvoirs le roi partage ses pouvoirs le roi partage ses pouvoirs Le roi partage ses pouvoirs
B
Le roi a tous les pouvoirs
C
Il n'y a pas de roi

Slide 15 - Quiz

Comment appelle-t-on le contrôle de la liberté d'expression ?

A
Lumières
B
Philosophie
C
Tolérance
D
Censure

Slide 16 - Quiz

Le siècle des Lumières 
  • de  'Verlichting' begint in 1715 met de dood van Louis XIV
  •  De Verlichting staat voor de 'rede'. 
  • Literatuur had tijdens Classicisme de functie om het imago om de koning te promoten, nu wordt literatuur gebruikt om revolutionaire ideeën te uiten. 
  • Filosofen/schrijvers streven naar: vrijheid van meningsuiting, tolerantie en gelijkheid. 
  •  Wetenschappen nemen grote vlucht: empirisch bewijs. 

Slide 17 - Slide

Le siècle des Lumières 
- Littérature: denkbeelden van schrijvers ziet de koning als bedreiging voor zijn macht. Werken mogen alleen uitgebracht worden met een zegel van de koning. Literatuur wordt door schrijvers gebruikt om mensen op te voeden en te onderwijzen. Fictie / non fictie, briefromen, reisverhalen, filosofisch sprookje, Encyclopédie 
- La Révolution française: grote armoede, financiële problemen --> bestormen van de Bastille. De Bastille was het symbool van macht van de koning. 
- Louis XVI & Marie Antoinette --> guillotine. 
- Liberté, égalité, fraternité 

Slide 18 - Slide

Tijdens de verlichting ontstond het rationalisme. Wat is dit?
A
De rede staat centraal en alles moet aan het eigen kritische verstand worden onderworpen.
B
De wetenschap staat centraal en het vertrouwen hierin is leidend.
C
De macht van de koning en zijn invloed worden versterkt.

Slide 19 - Quiz

Wat is er ook alweer met le 14 juillet?

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Video

Hoe lukte het schrijvers om ondanks de censuur toch hun boeken
te publiceren?

Slide 22 - Open question

Les philosophes les plus célèbres du Siècle des  lumières

Slide 23 - Slide

3

Slide 24 - Video

Wat verdedigen schrijvers tijdens deze stroming?

Slide 25 - Open question

Wat heeft de schrijver Diderot uitgebracht?
A
Lettres Persanes
B
L'Encyclopedie
C
Candide
D
Le Bible

Slide 26 - Quiz

Wat betekent het woord l'impôt
A
De wet
B
De leider
C
De inpandige
D
De belasting

Slide 27 - Quiz

Wat betekent het woord l'impôt
A
De wet
B
De leider
C
De inpandige
D
De belasting

Slide 28 - Quiz

Les écrivains 
- Montesquieu, Lettres Persanes
- Voltaire, Candide 
 - Rousseau, Emile ou De l'Education
- Diderot, L'Encyclopédie
- Beaumarchais le mariage de Figaro

Slide 29 - Slide

Jean-Jacques Rousseau (1712-1778)
- filosoof, pedagoog
- grondlegger contrat social
- deïst
- mens is van nature goed, maatschappij bederft hem
- vrije opvoeding
-verwerpt slavernij
-voorloper van de Romantiek (verheerlijking-ik, liefde voor natuur)

Slide 30 - Slide

Denis Diderot (1713-1784)
- filosoof, atheist 
- schrijver l'Encyclopédie (samen met d'Alembert) 
- grondlegger van de encyclopedie (28 volumes, 25 jaar, gedeeltelijk gecensureerd)

Slide 31 - Slide

Voltaire (1694-1778)
(François-Marie Arouet)
-filosoof
- kritiek op katholieke geloof
- liberté de culte (recht op eigen geloof)
- kritiek op geestelijkheid
 - kritiek op Duitse filosoof Leibniz en zijn optimisme
Candide ou de l'optimisme

Slide 32 - Slide

Il faut cultiver son jardin.
Candide zegt: " we moeten onze tuin bewerken."
Men moet hard werken om toch het beste uit de wereld te halen. Pangloss' filosofie (dus ook van Leibniz) was puur theorie. Men moet niet filosoferen, men moet niet alleen de rede gebruiken, maar je moet de wereld waarin we leven (die absoluut niet de best mogelijke is) intensief onderhouden om erin te kunnen leven zonder dat het bittere ellende wordt.

Slide 33 - Slide

Pierre Beaumarchais (1732-1799)
- le Barbier de Séville
- Le Mariage de Figaro

Slide 34 - Slide

Le mariage du Figaro

Slide 35 - Mind map

Waarom is Le mariage de Figaro een kritiek op de klasse van adel?

Slide 36 - Open question

Welke vragen verwacht je op de toets?

Slide 37 - Open question