Module Groepsdynamica: Soorten groepen

Module Groepsdynamica
Soorten groepen
1 / 23
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Module Groepsdynamica
Soorten groepen

Slide 1 - Slide

Meme van de dag

Slide 2 - Slide

Aan het einde van de les..
- Kun je omschrijven wat groepsdynamica inhoudt.
- Kun je de aspecten binnen een groep benoemen.
- Kun je de verschillende soorten groepen benoemen.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Groepsdynamiek

Slide 5 - Mind map

Groepsdynamica
-Wat is nu groepsdynamica?​
Groepsdynamica is de term voor het gedrag en de psychologische processen die plaatsvinden binnen een sociale groep, of tussen sociale groepen.

-Wanneer spreek je van een groep?​
Een groep is een verzameling van twee of meer personen die met elkaar omgaan (identificatie of gezamenlijk doel).








Slide 6 - Slide

Soorten groepen
  • Primaire groep: Groep in de directe omgeving van de cliënt. (familie, vrienden). Er is sprake van een gevoelsband. 
  • Secundaire groep: Een groep je in terecht komt, bv. sport, klas, werk. De groep heeft vaak een gemeenschappelijk doel. 
  • Formele groep: Niet zelf samengesteld. Leden hebben geen invloed op regels. Bv. binnen een organisatie
  • Informele groep: Groep ontstaat spontaan en is niet verplicht. bv. vriendschappen 
  • Homogene groep: Bestaat uit leden met gelijke kenmerken. Zegt iets over de fysieke kenmerken of zijn overeenkomstig aan de rol van de groepsleden. Voorbeeld in de zorg??
  • Hetrogene groep: De  individuele kenmerken verschillen. Vaak is de groep bij elkaar ivm een groepstaak. Voorbeeld in de zorg??

Slide 7 - Slide

Altijd lid van een groep
Functies: 
Basisbehoefte van een mens om ergens bij te horen. Verschaft identiteit en status.  Wij gevoel. 

Doelen: 
          Taakdoel: een gezamenlijke taak die de groep wil vervullen (werk, sport)
          Sfeerdoel: hoe mensen met elkaar omgaan, samenwerken (bewust en onbewust) 
Sfeer en taakdoelen zijn met elkaar verbonden en beïnvloeden elkaar

Voor en nadelen: 
          Voordelen: verschaft identiteit, geeft gevoel ergens bij te horen
          Nadelen: mensen worden afhankelijk van de groep

Slide 8 - Slide

Wat is een waarde en wat is een norm?

Slide 9 - Open question

Groepskarakteristieken 
Groepskarakteristieken bepalen het karakter van de groep. 
  • Groepscultuur: bestaat uit normen en waarden. (formele en informele groepen)
  • Groepssocialisatie:  eigen maken van de groepscultuur
  • Groepsdruk: Iedereen wil ergens bij horen. Negatief en positief
  • Groepscohesie: een groep die een geheel vormt. Iedereen krijgt voldoende ruimte om zichzelf te zijn, taken en verantwoordelijkheden zijn eerlijk verdeeld. 
  • Groepsrollen, activelingen/leiders, sfeermakers, meelopers, dwarsliggers, zondebokken

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Voorbeelden van groepscodes
(wat kenmerkt een groep)

Slide 12 - Mind map

Aspecten binnen een groep
Groepsdynamica zegt iets over de processen in de groep.


Proces aspect​
Omgangsregels, normen en relaties (het sociaal-emoionele stuk). Voorbeeld?


Taak aspect
De zaken waarmee de groep bezig is en waarover de groep praat. bv gezamenlijk doel 

Slide 13 - Slide

Kun je een procesaspect benoemen uit een groep waar je bij hoort (procesaspect is het sociaal-emotionele stuk)

Slide 14 - Open question

Kun je een taakaspect noemen binnen een groep waar je bij hoort?

Slide 15 - Open question

Primaire groep
Secundaire groep
Formele groep
Informele groep
Homegene groep
Hetrogene groep
Groep in de directe omgeving van de cliënt. (familie, vrienden). Er is sprake van een gevoelsband. 
Een groep je in terecht komt, bv. sport, klas, werk. De groep heeft vaak een gemeenschappelijk doel. 
Niet zelf samengesteld. Leden hebben geen invloed op regels. Bv. binnen een organisatie
Groep ontstaat spontaan en is niet verplicht. bv. vriendschappen 
Bestaat uit leden met gelijke kenmerken. Zegt iets over de fysieke kenmerken of zijn overeenkomstig aan de rol van de groepsleden.
De individuele kenmerken verschillen. Vaak is de groep bij elkaar ivm een groepstaak

Slide 16 - Drag question

Wat is groepsdynamica
A
De indeling van de groep
B
Gaat over processen die zich in de groep afspelen
C
de invloeden vanuit de maatschappij
D
Zijn de normen en waarden van een groep

Slide 17 - Quiz

Vanaf wanneer is er sprake van een groep
A
2
B
3
C
4
D
meer dan 5

Slide 18 - Quiz

Welke groepsaspecten hebben we behandeld?
A
Proces en doel
B
Individu, taak en doel
C
Proces, taak en doel
D
Proces en taak

Slide 19 - Quiz

Waar vallen omgangsregels, normen en regels onder?
A
Taakaspect
B
Procesaspect

Slide 20 - Quiz

Noem een voordeel en een nadeel van een groep?

Slide 21 - Open question

Helikopterview niveau 4
het gezin / de woning
Vrienden / werk / dagbesteding
de maatschappij
Micro
Meso
Macro

Slide 22 - Drag question

Volgende keer gaan wij verder

Slide 23 - Slide