la famille - les 1

1 / 23
next
Slide 1: Link
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Link

This item has no instructions

  • lire
  • fotocollage / stamboom
  • maken woordweb
  • leren tellen tot 100
Le but: à la fin de ce cours:
  • heb ik een keuze gemaakt uit een foto(collage) of stamboom
  • heb ik een woordweb gemaakt van woorden die ik nodig heb om alles te beschrijven
  • heb ik leren tellen tot 100

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lees de tekst en beantwoord daarna de meerkeuze vragen

Je m'appelle Myriam. Ma famille se compose de quatre personnes. Mon père et ma mère ont deux enfants, moi-même et mon frère de trois ans. Nous avons aussi des animaux : un chat, un chien, deux lapins et des poissons rouges. Nous vivons dans une jolie maison avec un grand jardin. Notre quartier est calme. Le dimanche, nous aimons nous balader en famille dans la forêt proche de notre maison et faire des jeux. Nous jouons dans le jardin quand il fait beau ou dans la maison quand il pleut.



Slide 3 - Slide

Je kunt veel naar het Engels verwijzen: les animaux, les cousins, 

Mes grands-parents aiment passer du temps avec nous pendant les vacances. Les parents de mon père habitent très loin de chez nous au Maroc, mais mes grands-parents du côté de ma mère ont une maison à quelques kilomètres de chez-nous. J'aime faire du vélo avec mon grand-père après l'école. Je fais parfois des tartes avec ma grand-mère le samedi après-midi. Nous les mangeons ensemble le samedi soir.

Ma tante habite aussi dans la même ville que nous. Elle a trois enfants, deux garçons et une fille. Ils aiment venir passer le week-end à la maison, mon frère et moi jouent avec nos cousins dans le jardin.


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat zegt Myriam over haar broertje?
Twee antwoorden zijn goed.
A
Dat hij op een dier lijkt
B
Dat hij 3 jaar oud is
C
Dat ze graag met hem in de tuin speelt
D
Ze heeft helemaal geen broertje

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Met één opa en oma doet Myriam leuke dingen, maar wat zegt ze over haar andere grootouders?
A
Ze kent ze niet
B
Ze hebben geen contact
C
Ze wonen ver weg
D
Ze doet ook leuke dingen met ze

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Hoe zegt Myriam "onze neven en nichten" in het Frans?
A
deux garçons
B
une fille
C
nos cousins
D
dans le jardin

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

l'arbre familial - stamboom
- Maak op papier een stamboom van jouw eigen familie.
- begin bij je opa en oma
- schrijf de woorden in het Frans +
   evt. namen (bv. mon père Ralph, 
    ma mère Jacqueline)
- neem ooms en tantes mee
- maak er iets leuks van
- beschrijf je familie in 6-10 zinnen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Fotocollage
Maak een fotocollage van je familie.
Vertel:

- hoeveel broers of zussen je hebt. 
- hoe je broer(s) en/of zus(sen) heten.
- hoe oud ze zijn.
- wanneer ze jarig zijn. (L’anniversaire de mon frère / de ma sœur, c’est le…)

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat kies je om te maken?
Stamboom
Fotocollage

Slide 11 - Poll

This item has no instructions

Maak een woordweb over je familie

Welke woorden wil je gebruiken?

Weet je woorden niet, zoek ze op in het woordenboek
timer
10:00

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Les nombres 20-69

20: vingt
21: vingt et un
24: vingt-quatre

30: trente
31: trente et un
37: trente-sept



40: quarante
41: quarante et un
43: quarante-trois

50: cinquante
58: cinquante-huit

60: soixante
66: soixante-six
Schrijf de getallen voluit die je wilt gebruiken

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Les nombres 70-100

70: soixante-dix
71: soixante et onze
74: soixante-quatorze

80: quatre-vingts
81: quatre-vingt-un
87: quatre-vingt-sept



90: quatre-vingt-dix
91: quatre-vingt-onze
93: quatre-vingt-treize

100: cent


Schrijf de getallen voluit die je wilt gebruiken

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat heb je geleerd?
Wat vond je moeilijk - niet moeilijk?
is de opdracht duidelijk?


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - schrijf in agenda
Neem foto's mee of spullen voor stamboom 
(ik kan ook papier regelen van school)
Neem je oortjes weer mee en je boek

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Les questions!

1. De openingsscène begint in een huis. Wat is daar volgens jou gebeurd?


2. In het nummer rijmen Franse en Nederlandse woorden op elkaar. Geef hiervan een paar voorbeelden.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Welke woorden hoor je het liedje?
amis                  finir                    tout le monde
encore        aujourd'hui          c'était
quoi                  bonjour
amour                                                   c'est
tous                           toujours


Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions