Groepen voor deze les maken we in Magister.
1. Sorteer de kaarten: je hebt alleen de 'Kwaliteiten' nodig. Elke leerling neemt 5 kaarten met kwaliteiten. De rest van de kaarten wordt omgekeerd op een stapeltje gelegd.
2. Als je aan de beurt bent, neem dan een extra kaart van het stapeltje. Van de 6 kwaliteiten die
je nu hebt, moet je er een wegleggen, namelijk de kaart met de kwaliteit waarvan je vindt dat die het minst goed bij je past. Je kunt met deze kaart twee dingen doen:
a. De kaart open voor een andere speler neerleggen, die volgens jou deze kwaliteit bezit. Geef ook kort de reden waarom je dat vindt. De andere speler laat deze kaart open voor zich op tafel liggen.
b. Je legt de kaart op een apart stapeltje als je de kwaliteit niet kwijt kunt bij een van de andere spelers. Doe dit niet te snel. Optie a heeft de voorkeur!
3. Ga hiermee door totdat het stapeltje kaarten op is. Gaandeweg passen de 5 kwaliteiten die je in je handen hebt steeds beter bij jou.