3K Onderzoek en rapporteren

Ondezoek doen en rapporteren
1 / 15
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ondezoek doen en rapporteren

Slide 1 - Slide

Onderzoek
In de biologie testen wij onderzoeksvragen door onderzoek te doen.

Een onderzoek moet je altijd opschrijven zodat iemand anders het over kan doen.

Slide 2 - Slide

Onderzoeksvraag
  • Dit is de vraag die je gaat onderzoeken.
  • Let op: een onderzoeksvraag is dus altijd een vraag!

Slide 3 - Slide

Hypothese
  • Dit is wat jij denkt dat het antwoord is op de onderzoeksvraag.
  • Het mag geen gok zijn, hierbij gebruik je de kennis die je hebt geleerd bij biologie.

Slide 4 - Slide

Benodigdheden
  • Schrijf op welke materialen je hebt gebruikt voor je onderzoek.
  • Alle materialen moet genoteerd worden.

Slide 5 - Slide

Werkplan (methode)
  • Hier schrijf je op hoe het onderzoek uitgevoerd moet worden.
  • Soms moet je op een toets zelf een werkplan maken. Hoe je dat doet wordt nu uitgelegd.

Slide 6 - Slide

Onderzoek doen
Als je onderzoek doet maak je altijd twee groepen:

- Testgroep
-Controle groep

Slide 7 - Slide

Waar let op je op als een werkplan maakt?
  • Maak twee groepen  
  • Maak de omstandigheden voor beide groepen gelijk op één onderdeel na. Dit onderdeel is wat je onderzoekt.
  • Bepaal hoe lang je gaat onderzoeken.
  • Bepaal hoe je het effect van je onderzoek gaat bepalen.

Slide 8 - Slide

Resultaten
  • Alles wat je waarneemt en uitrekent noteer je
  • Als het kan doe je dit in een tabel en een grafiek.

Slide 9 - Slide

Diagrammen
  • Resultaten worden in diagrammen weergegeven. 
  • Op de toets moet je een staaf- en lijndiagram kunnen maken en aflezen.

Slide 10 - Slide

Grafieken en diagrammen

Slide 11 - Slide

Conclusie
  • Hier geef je antwoord op je onderzoeksvraag met behulp van je resulataten.

Slide 12 - Slide

Wat voor diagram is dit?
A
Cirkeldiagram
B
Lijndiagram
C
Staafdiagram
D
Geen idee

Slide 13 - Quiz

Waarom is dit diagram fout?
A
De benoeming van de y-as ontbreekt
B
Je mag de staven niet zo benoemen
C
De y-as is niet goed ingedeeld
D
Geen idee

Slide 14 - Quiz

  • Regels voor diagrammen
  • De y-as begint altijd bij 0. Wordt in gelijke stappen ingedeeld. De eerste stap mag groter zijn, maar dan moet er wel een zaagtand bij.
  • Bij de y-as wordt een grootheid en eenheid vermeld (bv: leeftijd in jaren/ percentage zittenblijvers)
  • Dit geldt ook voor de x-as bij lijndiagrammen.
  • De staven krijgen altijd een naam via een legenda of onder de staaf.

Slide 15 - Slide