This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Welkom T1a bij Nederlands
Slide 1 - Slide
Welkom klas t1a
Zoek je plaats.
Tas op de grond.
Pak een boek, DD, de Weet of
een puzzel.
Start met lezen
of puzzelen.
timer
15:00
Slide 2 - Slide
Lezen of puzzelen
Je gaat 10 minuten
lezen.
timer
10:00
Binnenkort: klassikaal lezen
Koning van Katoren
Slide 3 - Slide
Planning
Startopdracht
Instructie/uitleg
Oefenen
Opdrachten maken
Afsluiting
Doel
- Je leert het verschil tussen formeel en informeel taalgebruik herkennen.
Slide 4 - Slide
Start opdracht
Hoe spreek je tegen de degene op de foto?
Wat zeg je?
Hoe neem je afscheid?
Slide 5 - Slide
Formeel
Informeel
Maak twee kolommen
in je schrift.
Maak aantekeningen in de juiste kolom.
Slide 6 - Slide
Formeel taalgebruik
•Formeel taalgebruik = taal die bijzonder netjes is.
Deze taal gebruik je voor bepaalde brieven of sommige ontmoetingen. Als je met de burgermeester of minister praat bijvoorbeeld of in een sollicitatiebrief. Je gebruikt het als je contact hebt met mensen die je niet zo goed kent of met mensen die belangrijk zijn.
> netjes >je gebruikt vaak u in de zinnen > serieuze situaties > beetje stijf.
Slide 7 - Slide
Informeel taalgebruik
•Informeel taalgebruik = taal voor gesprekken met
vrienden, bekenden en familie.
Je gebruikt het als je praat met je ouders, vrienden of als je een berichtje schrijft naar een vriend.