Gebitsverzorging onderbouw

Les gebitsverzorging
Welkom allemaal!

- Afspraken waar we ons in de les aan houden zijn:
TELEFOON, PRIVACY, LUISTEREN, RESPECT, VRAGEN ? dan hand opsteken, AFBLIJVEN VAN ANDERMANS SPULLEN

- Waar hebben we het vorige les over gehad 





1 / 26
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Les gebitsverzorging
Welkom allemaal!

- Afspraken waar we ons in de les aan houden zijn:
TELEFOON, PRIVACY, LUISTEREN, RESPECT, VRAGEN ? dan hand opsteken, AFBLIJVEN VAN ANDERMANS SPULLEN

- Waar hebben we het vorige les over gehad 





Slide 1 - Slide

Waarmee poets je je tanden?
A
Bezem
B
Tandenborstel
C
Rager
D
Water

Slide 2 - Quiz

Wat ga je leren vandaag
  1. Dat een verzorgd uiterlijk begint bij een goede lichaamsverzorging  zoals je gebit
  2. Waarom goed zorgen voor je gebit belangrijk is 
  3. Hoe je moet poetsen 



Slide 3 - Slide

Hoe vaak poets je je tanden?
A
niet
B
1x per maand
C
2x per dag
D
3x per week

Slide 4 - Quiz

Wat doen jullie aan
mondverzorging?

Slide 5 - Mind map

Samen lezen
Tandenborstel van vroeger tot nu 

Mini boekje, blz. 1

Slide 6 - Slide

Het gebit  
Je gebit bestaat uit je tanden en kiezen.
Als je lacht, zien mensen je gebit.                                                                                            Het is dus belangrijk dat je je gebit goed verzorgt.
Je gebit verzorg je door je tanden te poetsen. 

Maar ook te flossen en mondwater te gebruiken. 
Ook twee keer per jaar naar de tandarts gaan is belangrijk. 


Slide 7 - Slide

Samen lezen
Wat gebruik je om je tanden mooi te houden.

Mini boekje, blz. 2 en 3

Slide 8 - Slide

Waarom is belangrijk dat je je gebit goed verzorgt:

Slide 9 - Mind map

gebitsverzorging
-Je gebit is belangrijk om goed te kunnen bijten, kauwen en praten. 
-Schone en gezonde tanden zijn belangrijk als je met iemand praat. Want iedereen kijkt liever naar een schoon en mooi gebit. 
-Aan het gebit kan iemand zien dat je goed poetst en dat je goed voor je gebit zorgt.
                                               


Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Poets jij je tanden wel eens heel lang niet?

en lang was dat dan?

Slide 12 - Mind map

Tandarts video
Tandartsen: 'Pubers hebben vaak slechte gebitten'

video

https://www.youtube.com/watch?v=4ETmolWaPo4





Slide 13 - Slide

Video tandenpoetsen

 https://www.youtube.com/watch?v=jeotloGRYSs

Slide 14 - Slide

Kleur je tanden (netjes)
Zie stencil 

Slide 15 - Slide

Praktijkdeel

Zelf tandenpoetsen voor een cijfer

Slide 16 - Slide

Wat heb je onthouden
Quiz vragen

Slide 17 - Slide

Waarom is snoep slecht voor je tanden en kiezen?
A
De bacteriën in je mond veranderen de suikers in zuren. Die zuren maken het glazuur kapot.
B
De suiker in het snoep heeft scherpe randjes die zorgen voor gaatjes in de tanden.

Slide 18 - Quiz

Waarom moet je 2 minuten poetsen?
A
Je hebt 2 minuten nodig om alle plekjes in je mond goed schoon te krijgen.
B
Pas na 2 minuten begint de fluoride in tandenpasta te werken.
C
het is onzin
D
hoe langer je poetst, hoe schoner je gebit wordt.

Slide 19 - Quiz

Hoe harder de haren van je tandenborstel, hoe beter.
Klopt dat?

A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quiz

Welke uitspraak klopt?
A
Als je geen tandglazuur op je tanden en kiezen hebt, heb je een grotere kans op gaatjes.
B
Tandglazuur groeit gewoon weer aan, als het afgesleten is.

Slide 21 - Quiz

Wat kan er allemaal gebeuren als je heel weinig of niet je tanden poetst
A
Vallen mijn tanden eruit
B
Krijg ik gaatjes
C
Heb ik een vieze smaak in mijn mond
D
Ruik ik uit mijn mond

Slide 22 - Quiz

Tekst
Deze persoon vult je gaatjes
Deze persoon maakt je gebit schoon 
Dit beschermt je tanden (onderdeel van je tand)
Hiermee kun je voelen
Zenuwen
Tandarts
Mondhygiëniste
Glazuur

Slide 23 - Drag question

Als je tandvlees bloedt, stop meteen met poetsen!
Klopt dat?

A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quiz

Wat zijn de beste poetsmomenten?
A
In de ochtend voor of na het ontbijt en in de avond vlak voor het slapengaan
B
‘S avonds, voordat je gaat slapen.
C
Elke keer als je gegeten hebt
D
Meteen nadat je iets gegeten hebt

Slide 25 - Quiz

Afsluiting
Hoe ging het?

Slide 26 - Slide