11.4 De Verenigde Staten

De economische wereldcrisis 
  • Ontwikkeling (kenmerkende aspect): Een economische wereldcrisis die uitliep op een langdurige depressie met het ontstaan van massale armoede en werkloosheid in de westerse wereld
  • Vanaf 1924: stijging van de welvaart (roaring twenties / uitbundige jaren '20) waardoor een consumptiemaatschappij ontstond met allerlei nieuwe producten en bloei van de vermaaksindustrie (mode, muziek, uitgaan) in de VS. Dit leidde tot een enorm optimisme
  • Het optimisme droeg bij aan een voortdurende stijging van de aandelenkoersen. Tot 24 oktober 1929 (black thursday). De paniek op Wall Street sloeg toe en er ontstond een enorme daling (beurskrach) die leidde tot een recessie (Grote depressie).



1 / 18
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

De economische wereldcrisis 
  • Ontwikkeling (kenmerkende aspect): Een economische wereldcrisis die uitliep op een langdurige depressie met het ontstaan van massale armoede en werkloosheid in de westerse wereld
  • Vanaf 1924: stijging van de welvaart (roaring twenties / uitbundige jaren '20) waardoor een consumptiemaatschappij ontstond met allerlei nieuwe producten en bloei van de vermaaksindustrie (mode, muziek, uitgaan) in de VS. Dit leidde tot een enorm optimisme
  • Het optimisme droeg bij aan een voortdurende stijging van de aandelenkoersen. Tot 24 oktober 1929 (black thursday). De paniek op Wall Street sloeg toe en er ontstond een enorme daling (beurskrach) die leidde tot een recessie (Grote depressie).



Slide 1 - Slide

Vrijemarkteconomie (kapitalisme)
  • De ‘Amerikaanse droom’ – dat je kon opklimmen van krantenjongen tot miljonair – sprak veel mensen aan. Het uitgangspunt was dus dat de regering zich zo min mogelijk met de economie bemoeide (liberalisme)
  • De wet van vraag en aanbod bepaalde wat er werd geproduceerd en wat de prijs van de producten was (vrijemarkteconomie)
  • Dankzij deze vrije concurrentie konden ondernemers die goede en goedkope producten maakten, enorm rijk worden. 
  • Henry Ford introduceerde de lopende band en andere bedrijven namen dit over. Er ontstond massaproductie en massaconsumptie binnen een consumptiemaatschappij.
  • Internationale afhankelijkheid door wereldwijde handel, productie en geldverkeer nam toe: wereldkapitalisme

Slide 2 - Slide

Rassensegregatie (rassenscheiding)
  • De overheid deed weinig aan de discriminatie van de Afro-Amerikaanse bevolking en  er was zelfs sprake van wetgeving die de ongelijke positie van Afro-Amerikanen rechtvaardigde (scheiding van blank en zwart in het openbaar vervoer, onderwijs, publieke gebouwen etc.)
  • Organisaties als de KKK (Ku Klux Klan) probeerden via intimidatie, terreur en mishandeling de Afro-Amerikanen onder de duim te houden.
  • De Afro-Amerikanen vormden de onderklasse in de Amerikaanse maatschappij
  • Pas vanaf de jaren '50 door o.a. toedoen van Martin Luther King, Malcolm X, Rosa Parks kwam er meer aandacht voor de burgerrechten
  • https://www.youtube.com/watch?v=xPjmKSsTE1s

Slide 3 - Slide

Oorzaken en gevolgen van de economische crisis van 1929
  1. veel mensen kochten producten met geleend geld, geld dat zij ooit aan de banken moesten terugbetalen (kopen of afbetaling werd populair in de VS: ‘Live now, pay later!’).
  2. er kwam een crisis in de landbouw. Na de Eerste Wereldoorlog kwam de landbouwproductie in Europa weer op gang en nam de export van Amerikaanse landbouwproducten sterk af.

- De economische crisis trof in eerste instantie de laag opgeleiden, de immigranten en de Afro-Amerikanen. 
- Ook andere landen kregen last van de crisis. Vooral Europa (met name Duitsland) had het zwaar te verduren. Amerikaanse banken wilden namelijk het geld terug dat ze tijdens de Eerste Wereldoorlog aan Europese landen hadden geleend. Ook Duitsland (Dawesplan) moest haar lening terugbetalen!

Slide 4 - Slide

Hoover en Roosevelt
  • President Herbert Hoover (1929-1933) deed bijna niets om de economische problemen aan te pakken. 
  • Het klassiek liberalisme van 'niet ingrijpen' door de overheid en het idee dat de vrije markt zichzelf zou 'genezen' bleek echter niet te werken
  • Zo groeide het aantal werklozen in de Verenigde Staten van een half miljoen in 1929 naar dertien miljoen in 1932
  • In 1933 kwam Franklin D. Roosevelt aan de macht en hij voerde de New Deal (nieuwe aanpak) in.
  • Roosevelt pleitte voor actief overheidsingrijpen in de economie en zou een groot pakket maatregelen nemen (werkverschaffingsprojecten, uitkeringen en devaluatie van de dollar om export en werkgelegenheid  te stimuleren).
  • Vanaf 1936 ging het al wat beter maar de Tweede Wereldoorlog loste pas echt de werkloosheid op
Herbert Clark Hoover
Franklin Delano Roosevelt

Slide 5 - Slide

Begrippen
  • consumptiemaatschappij: een samenleving met een hoog percentage middenklasse-huishoudens die voldoende inkomen hebben om naast onderdak, voeding en kleding allerlei luxeproducten aan te schaffen.
  • wereldkapitalisme: de wereldwijde verwevenheid van markteconomieën.
  • segregatie: het verschijnsel dat de samenleving gescheiden leefwerelden kent voor mensen met een bepaalde huidskleur, etniciteit of religie; ook wel ‘apartheid’ genoemd.
  • economische crisis: periode van economische achteruitgang, waarbij sprake is van grote werkloosheid en een verslechterende levensstandaard.



Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Leg uit wat Hoovervilles waren (opzoeken internet) en illustreer je uitleg met een afbeelding!

Slide 8 - Open question

Optimisten dachten eind jaren '20 dat er een 'nieuw kapitalisme' zou ontstaan. Leg dit uit!

Slide 9 - Open question

Noem twee sociale gevolgen van de recessie

Slide 10 - Open question

Noem twee oorzaken waardoor de crisis snel oversloeg naar Europa. Gebruik in je antwoord de termen 'wereldeconomie' en 'Dawesplan'

Slide 11 - Open question

Leg met twee dieperliggende, samenhangende oorzaken uit hoe de Grote Depressie ontstond

Slide 12 - Open question

Zoek eens naar foto's op de term 'great depression' op internet. Selecteer een foto die jou aanspreekt en geef uitleg waarom!

Slide 13 - Open question

Sleep de begrippen naar de juiste president!
Hoover
Roosevelt
Banken redden met staatsleningen
Bezuinigen
Steun voor werklozen
Klassiek Liberalisme
Werkloosheidsprojecten
Krottenwijken
Hulp voor huizenbezitters

Slide 14 - Drag question

Toon met een bronfragment aan dat Colijn (minister president van NL) de crisis in der jaren '30 wilde bestrijden met liberaal economisch beleid

Slide 15 - Open question

Het opkomen van het Keynesianisme markeerde het einde van de laissez-faire-economie. Probeer deze stelling uit te leggen! (eventueel internet!)

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video