2.3 en 2.5

§2.3 Sociale cohesie
1 / 24
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

§2.3 Sociale cohesie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Geef een voorbeeld van een gedeelde waarde en bijbehorende norm in Nederland.

Slide 2 - Mind map

Bijvoorbeeld:
- Gelijkheid: mensen gelijk behandelen
- Vrijheid: vrijheid van meningsuiting
Wat houdt de samenleving bijeen?
1. Gedeelde waarden en normen > saamhorigheidsbesef

- Hoe worden deze gedeelde waarden en normen overgedragen?
- Waarom leiden deze ertoe dat de samenleving bijeen blijft?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat houdt de samenleving bijeen?
1. Gedeelde waarden en normen > saamhorigheidsbesef
2. Wederzijdse afhankelijkheid > solidariteit (mensen zijn verbonden met elkaar en van elkaar afhankelijk)

- Welke bindingen hebben we?
- Waarom leidt het streven naar eigenbelang tot meer wederzijdse afhankelijkheid?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat houdt de samenleving bijeen?
1. Gedeelde waarden en normen > saamhorigheidsbesef
2. Wederzijdse afhankelijkheid > solidariteit (mensen zijn verbonden met elkaar en van elkaar afhankelijk)
3. Dwang > opgelegde vorm van binding

- Is er alleen sprake van dwang in een dictatuur of ook in een democratie?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Mensen voelen zich verbonden met elkaar
A
Sociale cohesie
B
Socialisatie
C
Sociale controle
D
Identiteit

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

2

Slide 8 - Video

This item has no instructions

00:15
Waar bestaat sociale cohesie uit volgens jou?
Wa

Slide 9 - Mind map

This item has no instructions

01:28
Wat zouden negatieve kanten van sociale cohesie kunnen zijn?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

Sociale cohesie
Het aantal en de kwaliteit van de bindingen die mensen in een ruimer sociaal kader met elkaar hebben, het gevoel een groep te zijn, lid te zijn van een gemeenschap, verantwoordelijkheid voelen voor elkaars welzijn en een beroep op anderen kunnen doen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Sociale cohesie als bindmiddel
Bij sociale cohesie voelen mensen zich verbonden met elkaar en willen ze een groep vormen. 

Er is sociale cohesie als mensen erbij willen, kunnen of mogen horen.

Waar kan sociale cohesie ontstaan?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions


Kan er alleen sprake zijn van sociale cohesie bij groepen waarbij iedereen elkaar kent? Leg uit.

Slide 13 - Open question

Nee, want ook in de groep 'Nederland' ervaren mensen sociale cohesie of in een buurt waar ze niet alle buren kennen. Het gaat om het gevoel lid te zijn van een groep, saamhorigheidsgevoel of onderdeel van een gemeenschap. Dat hoeft dus niet te betekenen dat je mensen kent, alleen dat je je er bij voelt horen. 
Hoe kan sociale cohesie leiden tot een grotere sociale veiligheid?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Als Nederland het heeft over de Zwarte Pietendiscussie dan zie je ...
A
Weinig sociale controle
B
Veel sociale cohesie
C
Een in-group en een out-group
D
Sociale controle

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Sociale cohesie is altijd positief
Stelling van de les

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

§2.5 Tegendraads

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden van tegendraads gedrag.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Klokkenluiders
Deze mensen maken iets openbaar wat een bedrijf of organisatie liever verborgen houdt.

Slide 19 - Slide

Redenen voor klokkenluiders:
- Wraak
- Algemeen belang (bv wanneer er fraude wordt gepleegd, of illegale afspraken gemaakt worden) 

Slide 20 - Link

This item has no instructions

Ontgroening bij studentenvereniging
Vernederingen ondergaan om nieuwe leden aan zich te binden.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Link

This item has no instructions

Georganiseerde misdaad
Hoge mate van cohesie binnen een ingroup, waarbij dat een negatief gevolg heeft voor de outgroup.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Link

This item has no instructions