woensdag 15 juni 2022

Goedemorgen! 
Goed dat je er bent.
 

  • Meld je alvast even aan voor de LessonUp van vandaag. 
  • Lever je mobiel in. 

1 / 41
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Goedemorgen! 
Goed dat je er bent.
 

  • Meld je alvast even aan voor de LessonUp van vandaag. 
  • Lever je mobiel in. 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

1e lesuur:

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Wat is een ander woord voor veranderen?

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Een lamp zet elektrische energie om in

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Een automotor geeft bewegings-energie, geluid en warmte af.

Welke energie is de energie die je uit de automotor wil hebben?

Slide 13 - Open question

Onthouden
Elektrische apparaten zetten elektrische energie om in een andere vorm van energie:
- Een föhn zet elektrische energie om in warmte.
- Een elektrische scooter zet elektrische energie om in bewegings-energie.
- Een lamp zet elektrische energie om in licht.

In een halogeen-lamp zit een gloeidraad.
In een spaarlamp zit een gas.

Energie-verlies is energie die niet wordt omgezet in de soort energie die je wilt.

Slide 14 - Slide

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 15 - Slide

2e lesuur:

Slide 16 - Slide

Pauze
timer
15:00

Slide 17 - Slide

3e + 4e lesuur:
techniek

Slide 18 - Slide

Pauze
timer
20:00

Slide 19 - Slide

Lezen
timer
10:00

Slide 20 - Slide

5e lesuur:

Slide 21 - Slide

Leerdoel
7.2.3 Je kunt beschrijven wat bestuiving is.
7.2.4 Je kunt de kenmerken noemen van insectenbloemen en van windbloemen.

Veel bloemen hebben grote, opvallend gekleurde kroonbladeren. Daarmee lokken ze insecten. Insecten komen ook af op de geur en op de nectar.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Wat is nectar?

Slide 25 - Open question

Slide 26 - Slide

Wat zijn insectenbloemen?

Slide 27 - Open question

Slide 28 - Slide

Wat zijn windbloemen?

Slide 29 - Open question

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Slide 34 - Link

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 35 - Slide

6e lesuur:

Slide 36 - Slide

leerdoel
A1 I can use comparatives and superlatives.

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Link

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 40 - Slide

Afsluiting

Slide 41 - Slide