HA1B ma 06/03

Bonjour HA1B!

  • werken aan de weektaak
  • préparer ex. 31b
  • parler

    1 / 14
    next
    Slide 1: Slide
    FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

    This lesson contains 14 slides, with text slides.

    time-iconLesson duration is: 45 min

    Items in this lesson

    Bonjour HA1B!

    • werken aan de weektaak
    • préparer ex. 31b
    • parler

      Slide 1 - Slide

      Weektaak
      • Je werkt deze week aan:
      • Chapitre 3: Bron H: opdr 30de, 31ac
      • Leren: vocabulaire F
      • Beluister phrases-clés G

      • Controleer of deze opdrachten af zijn:
      • Chapitre 3: Bron D maken: opdr 16abcd, 17abc, 18a 
      • Chapitre 3: Bron F maken: opdr 23a, 24ab, 25, 26a
      • Chapitre 3: Bron H maken: opdr 30abc
      • Herhalen: vocabulaire A B E & phrases-clés C G & grammaire D (être)
      timer
      15:00

      Slide 2 - Slide

      Parler
      • Vul de tekstwolkjes verder aan (gebruik de phrases-clés)
      •  Na 10 min: contrôler et parler
      timer
      10:00

      Slide 3 - Slide

      Rol A

      • Quelle est ta matière préférée?


      • Qui est ton prof préférée/ta prof préférée?


      • Qu'est-ce qu'il y a dans ton sac à dos?

      Rol B


      • Ma matière préférée, c'est (noem vak) la gym.

      • Mon prof préférée/ta prof préférée, c'est (vul aan) madame Leclerc.


      • Dans mon sac à dos, il y a (noem 2 dingen) mes livres et un stylo.

      Slide 4 - Slide

      Loop rond in de klas en stel je vragen
      Ga weer zitten als je op elke vraag een antwoord hebt gekregen & als je zelf ook op elke vraag antwoord hebt gegeven

      Slide 5 - Slide

      Les questions

      Slide 6 - Slide

      Stelling 1
      In de zin hieronder is het werkwoord être goed gerbuikt:

      Nous sommes filles.

      Slide 7 - Slide

      Uitleg stelling 1
      In de zin hieronder is het werkwoord être goed gerbuikt.

      Nous sommes filles.

      Klopt --> je suis/tu es/il est/nous sommes/vous êtes/ils sont

      Slide 8 - Slide

      Stelling 2
      In deze zin is het werkwoord 'mange' goed vervoegd:
      Vous mangons le croissants.



      Slide 9 - Slide

      Uitleg stelling 2
      In deze zin is het werkwoord 'mange' goed vervoegd:
      Vous mangons le croissants.

      Uitleg: FOUT, want het onderwerp van deze zin is "vous" en de uitgang daarbij is ez.


      Slide 10 - Slide

      Stelling 3
      Als je de tijd wilt vertellen, zeg je altijd:

      "Il est ... heure"

      Slide 11 - Slide

      Uitleg stelling 3
      Als je de tijd wilt vertellen, zeg je altijd:

      "Il est ... heure"

      FOUT, want als het meer dan 1 uur is, zeg je "heures"
      Il est cinq heures

      Slide 12 - Slide

      Stelling 4
      "Il est trois heures et demie" = Het is half vier

      Slide 13 - Slide

      Uitleg stelling 4
      "Il est trois heures et demie" = Het is half vier

      KLOPT


      Slide 14 - Slide