1.4 Onrust in de Nederlanden

H2 DE NEDERLANDSE OPSTAND
2.2 Onrust in de Nederlanden 
1 / 23
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H2 DE NEDERLANDSE OPSTAND
2.2 Onrust in de Nederlanden 

Slide 1 - Slide

Welk tijdvak behandelen we nu?

Slide 2 - Drag question

Welke 'onrust' hebben we de vorige les besproken?
A
De onrust in Duitsland, waardoor Luther uiteindelijk paus werd.
B
De onrust in de Nederlanden, waardoor de Spanjaarden ze makkelijke konden veroveren.
C
De onrust in Amerika, waardoor de Spanjaarden uiteindelijk de Inca's verslaan.
D
De onrust in de kerk, waardoor de kerk uiteindelijk splitste.

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Slide

Leerdoelen 


  • Je kan uitleggen waardoor er in de Nederlanden in de 16de eeuw grote onrust ontstond

  • Je moet hierin de veranderingen in het bestuur beschrijven
  • Je moet hierin de rol van de hervorming beschrijven


Sleutelbegrippen: particularisme en centralisme

Slide 5 - Slide

De Nederlanden rond 1543 

Slide 6 - Slide

De Nederlanden rond 1543
  • Niet één land

  • Gewesten

  • Gewest = Gebied met eigen bestuur, rechtspraak en regels

  • Je kon het niet als één geheel besturen

Slide 7 - Slide

Karel V wordt in 1543 landsheer van de Nederlanden (eigenaar van de gebieden)
Karel V wil het als één gebied besturen.

Het proces waarbij alles steeds meer vanaf één punt wordt bestuurd noemen wij centralisatie

Overal dezelfde regels en wetten. 

1 Hoofdstad (Brussel)
1 Rechtbank (Mechelen)

Centralisatie



Slide 8 - Slide

Centralisatie vs particularisme

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Centralisatie vs particularisme

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Vergadering één gewest
(Gewestelijke staten)

Slide 14 - Slide

Vergadering één gewest
(Gewestelijke staten)
Vergadering álle gewesten
(Staten-Generaal)

Slide 15 - Slide

Vergadering één gewest
(Gewestelijke staten)
Vergadering álle gewesten
(Staten-Generaal)
Landvoogd
Stadhouder

Slide 16 - Slide

Leg uit wat de bron met de hervorming te maken heeft. Gebruik in je antwoord een voorbeeld uit de bron.

Slide 17 - Open question

Is deze bron een voorbeeld centralisatie of juist van particularisme? Leg je antwoord uit.

Slide 18 - Open question

Leerdoelen 
Je kan verklaren aan de hand van het particularisme en de centralisatie waardoor er grote onrust in de Nederlanden ontstond

 Daarvoor moet je: 


  • beschrijven hoe de NLen in de middeleeuwen bestuurd werden
  • beschrijven welke veranderingen Karel V in het bestuur wilde bereiken
  • uitleggen waarom de twee voorgaande manieren van besturen botsten
  • uitleggen waarom juist de kwestie van de Hervorming zorgde voor botsingen tussen particularisme en centralisme.
  • de verschijnselen centralisatie en particularisme herkennen in gegeven bronnen/ voorbeelden/ begrippen.

Slide 19 - Slide

Godsdienstige wetten tegen de protestanten= plakkaten
Karel V was katholiek en wilde ook dat iedereen dat was in zijn rijk.
Invoering plakkaten: tegen ketters. 1550: Bloedplakkaat, altijd doodstraf protestanten.

Gewesten en stadsbesturen moesten de plakkaten uitvoeren, volgens hen zijn deze in strijd met hun privileges en dus werden ze vaak niet uitgevoerd=> In strijd met het particularisme.

Slide 20 - Slide

Filips II werd landsheer over de Nederlanden en koning van Spanje in 1555 na aftreden vader Karel V
Halfzus Margaretha van Parma landvoogdes na vertrek Filips II naar Spanje. 1559
Filips II ging bestuur nog meer centraliseren: verbood Staten-Generaal.
Streng katholiek en wilde dat Bloedplakkaat werd uitgevoerd. De inquisitie ging hierop toezien.
Godsdienstvervolgingen zorgden voor steeds meer onrust, ook onder de gematigde katholieken.

Slide 21 - Slide

Bestuur in Nederland 
Filips II wilde centraal bestuur

Landvoogdes Margaretha van Parma 'heerste' over Nederland.
Ketters werden vervolgt.

Slide 22 - Slide

Smeekschrift

Slide 23 - Slide