4.4 Het bloed

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Transport

4   Het bloed

Leerdoelen

- Je kunt de bestandsdelen van bloed noemen met hun kenmerken en functies.

- Je kunt het proces van bloedstolling beschrijven en verklaren.

Bloedsamenstelling

Hoe ontstaat bloed?

stamcellen uit beenmerg 

worden:

-rode bloedcellen

- witte bloedcellen

-bloedplaatjes

Rode bloedcellen

• Geen celkern
  
• Kleine ronde, platte schijfjes --> passen in kleinste bloedvaten 
  
• Functie: vervoeren van zuurstof in het bloed
  
• Hemoglobine = rood van kleur en bevat ijzer om zuurstof te binden
  
• per mm³ --> 5 miljoen rode bloedcellen
  

Witte bloedcellen

Wel een celkern

Geen vaste vorm --> kunnen uit een bloedvat treden

Functie: Afweer tegen lichaamsvreemde cellen/stoffen

Pus --> veel dode witte bloedcellen

per mm³ --> 5000-7000 witte bloedcellen

Rood beenmerg

Rood beenmerg

Rood beenmerg

Geel beenmerg

Ontstaan verschillende cellen, waar in BINAS?

Rode bloedcellen (erytrocyten)

Rode bloedcellen vervoeren zuurstof met behulp van hemoglobine.

Hemoglobine is een eiwit dat via ijzer zuurstof aan zich kan binden.

EPO

- Wat voor soort molecuul is EPO?

- Waar wordt EPO  geproduceerd?

- Wat is het doelwitorgaan?

- Wat is de functie van EPO?

- Wat is bloeddoping precies?

Negatieve terugkoppeling

Tekort aan zuurstof in bloed

Nieren produceren meer EPO

Rode Beenmerg produceert hierdoor meer rode bloedcellen

Veel rode bloedcellen vervoeren zuurstof

Te veel aan zuurstof in bloed

Nieren produceren minder EPO

Rode Beenmerg produceert hierdoor minder rode bloedcellen

Tekort aan zuurstof in bloed --> etc.

Bloedplaatjes

Kleine stukjes van uiteengevallen cellen

Functie: spelen een rol bij de bloedstolling 

(bv. als een bloedvat beschadigd raakt)

Trombose = het stollen van bloed in een bloedvat (bloedpropje kan los schieten)

per mm³ --> 300.000 bloedplaatjes

0

Het proces van bloedstolling

1. Samentrekking van spieren rondom bloedvaten

2. Bloedplaatjes hechten aan plaats van wond
3. Bloedplaatjes gaan ten gronde, stoffen komen vrij. De vrijkomende stoffen (fibrinogeen en stollingsfactoren) brengen een keten van reacties op. 
4. Fibrine vormt een netwerk van draden

Bloedstolling

Witte bloedcellen

(leukocyten) 

• Hebben wel een celkern.
• Hebben geen vaste vorm.
  
  
• 2 type witten bloedcellen:

       *Witte bloedcellen die         

        ziekteverwekkers
insluiten.

      *En witte bloedcellen die     

        antistoffen produceren. 

Witte bloedcellen 

* Witte bloedcellen gemaakt 

   uit stamcellen in het rode 

   beenmerg.

* Verder ruimen ze de resten  

   van dode bloedcellen op.

www.bioplek.org

Leerdoelen behaald?

- Je kunt de bestandsdelen van bloed noemen met hun kenmerken en functies.

- Je kunt het proces van bloedstolling beschrijven en verklaren.

Opdrachten maken

Thema 4 Transport        4 het bloed

Opdracht 44 t/m 50
Blz. 36

Het bloed in slagaders van de grote bloedsomloop is altijd zuurstof rijk, en in de aders zuurstof arm.

Bij de kleine bloedsomloop is dit precies andersom

1. waar
2. niet waar

Wat laat een ECG zien?

1. Maakt een grafiek van de elektrische activiteit van de hersenen
2. Brengt de bewegingen van het hart in beeld
3. laat alleen de hartslag zien
4. Maakt een grafiek van de elektrische activiteit van het hart

Er is een bundeltje cellen die het samentrekken van het hart veroorzaken. Hoe heet dit bundeltje?

1. sinusknoop
2. ECG
3. Av-knoop
4. sinusknop

Uit hoeveel cellagen bestaat een haarvat?

1. 1
2. 2
3. veel meer
4. heel veel meer

welk deel het ECG geeft het samentrekken van de kamers weer?

1. P
2. QRS
3. T
4. ST

In de afbeelding zijn met de letter S bepaalde kleppen in het hart aangegeven.
Hoe heten deze kleppen?

1. Aderkleppen
2. Halve maanvormige kleppen
3. Hartkleppen
4. Tussenkleppen

Waarvoor dienen de kleppen in een ader?

1. Ze zorgen voor een goede doorbloeding
2. Ze zorgen voor afsluiten van andere bloedvaten
3. Ze zorgen voor 1 richtingsverkeer
4. Ze zorgen voor dikke benen

Hoe noemen we deze bloedvaten?

1. slagaders
2. aders
3. haarvaten

Zij bevatten hemoglobine

1. Bloedplasma
2. Rode bloedcellen
3. Witte bloedcellen
4. Bloedplaatjes

Hoeveel pakken melk (1L) bloed zit er ongeveer in je lichaam.

1. 
2. 
3. 

Welke bloedcellen hebben geen celkern?

1. rode bloedcellen
2. witte bloedcellen
3. rode bloedcellen en bloedplaatjes
4. witte bloedcellen en bloedplaatjes

Iemand met bloedarmoede heeft te weinig...

1. Zuurstof in zijn bloed
2. Voedingsstoffen in zijn bloed
3. Hemoglobine in zijn bloed
4. Bloed

Een bloeddonor is iemand die...

1. bloed geeft
2. bloed ontvangt

Bloedplasma

Bloedplaatje

Witte bloedcel

Rode bloedcel

..... is het hormoon dat de aanmaak van rode bloedcellen stimuleert, ...... is het eiwit wat meehelpt in de bloedstolling.

1. EPO - Hemoglobine
2. Fibrinogeen - Ijzeratomen
3. Rode beenmerg - EPO
4. EPO - Fibrinogeen