This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
Welkom
Ga zitten volgens de plattegrond.
Op tafel: etui, boek, schrift, rekenmachine en wisbordje
Maak de startopdracht zelfstandig in stilte.
Klaar? Lees de leerteksten van 8.3.
timer
5:00
Slide 1 - Slide
Programma
Startopdracht
Voorkennis
Uitleg wisselkoersen
Zelfstandig werken
Uitleg stijging of daling van wisselkoers
Samenwerkingsopdracht
Zelfstandig werken
Afsluiting
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
Vreemde valuta naar euro berekenen en andersom.
De gevolgen van een dalende en stijgende wisselkoers uitleggen.
Slide 3 - Slide
Voorkennis
Slide 4 - Slide
Sara gaat een weekend naar Londen. Ze leest in de krant dat de Britse pond ten opzichte van de euro is gedaald. Leg uit welk gevolg dit heeft voor haar weekend naar Londen.
Slide 5 - Open question
Uitleg
Slide 6 - Slide
Wisselkoersen
Wisselkoers CHF - EUR
De bank berekent € 7,50 (provisie) per transactie.
Aankoop bij vertrek 800 CHF
Verkoop bij aankomst 75 CHF
Bereken in euro’s hoeveel de vakantie heeft gekost.
Slide 7 - Slide
Wisselkoersen
Wisselkoers CHF - EUR
De bank berekent € 7,50 (provisie) per transactie.
Aankoop bij vertrek 800 CHF
Verkoop bij aankomst 75 CHF
Bereken in euro’s hoeveel de vakantie heeft gekost.
Slide 8 - Slide
Pak je wisbordje
Slide 9 - Slide
Bereken hoeveel euro je ontvangt als je $ 600 verkoopt. Schrijf je berekening op.
Wisselkoers
Slide 10 - Slide
Bereken hoeveel dollar je kunt kopen voor € 600. Schrijf je berekening op.
Wisselkoers
Slide 11 - Slide
Bereken hoeveel dollar je kunt kopen voor € 400. Schrijf je berekening op.
Wisselkoers
Slide 12 - Slide
Bereken hoeveel euro je betaalt voor het kopen van $ 600. Schrijf je berekening op.
Wisselkoers
Slide 13 - Slide
Bereken hoeveel euro je ontvangt als je $ 85 verkoopt. Schrijf je berekening op.
Wisselkoers
Slide 14 - Slide
Zelfstandig werken
Wat?
Werkblad wisselkoersen
§ 8.3 opdracht 2 t/m 12 (blz. 228-231).
Hoe? Zelfstandig met overleg.
Klaar? Maak de plusopdrachten.
timer
15:00
Slide 15 - Slide
Antwoorden
Slide 16 - Slide
Vraag 1
Euro
1
250
Yen
114,67
28.667,50
Slide 17 - Slide
Vraag 2
Euro
1
41,30
Pond
0,92
1
38
Slide 18 - Slide
Vraag 3
Euro
1
300
Dollar
1,10
330
Slide 19 - Slide
Vraag 4
Euro
1
115,74
Zloty
4,32
1
500
Slide 20 - Slide
Vraag 5
Aankoop: 900 × € 0,9442 = € 849,78
Verkoop: 80 × € 0,8793 = € 70,34
€ 849,78 – € 70,34 = € 779,44
€ 779,44 + € 15 = € 794,44
Slide 21 - Slide
Uitleg
Slide 22 - Slide
Wisselkoersen
Wisselkoers 1 US dollar ($) in euro (€)
27-7-2014
$1 kost € 0,742
5-9-2014
$1 kost € 0,771
De koers van de dollar is gestegen ten opzichte van de euro.
De koers van de euro is gedaald ten opzichte van de dollar.
Slide 23 - Slide
Wisselkoersen
Wisselkoers 1 US dollar ($) in euro (€)
27-7-2014
5-9-2014
Wij moeten meer euro’s betalen om hetzelfde product te importeren.
Amerikanen ontvangen meer euro’s waardoor Nederlandse producten goedkoper worden. Nederlandse export naar Amerika stijgt.
Slide 24 - Slide
Quiz
Slide 25 - Slide
De wisselkoers van het Engelse Pond (£) ten opzichte van de euro (€) is gedaald. Doordat de wisselkoers van het pond daalt, ten opzichte van de euro, ...
A
Worden Nederlandse producten duurder in het VK
B
Worden Nederlandse producten goedkoper in het VK
Slide 26 - Quiz
De koers van de euro is in 2015 gedaald ten opzichte van de VS dollar. Is de koersdaling gunstig of ongunstig voor de Nederlandse exporthoeveelheid naar de VS en waarom?
A
Gunstig, want de producten uit Nederland worden voor de VS goedkoper
B
Gunstig, want Nederland kan nu goedkoper importeren uit de VS
C
Ongunstig, want de import vanuit de VS wordt duurder voor Nederland
D
Ongunstig, want de producten uit Nederland worden voor de VS duurder
Slide 27 - Quiz
Samenwerken
Wat? Samenwerkingsopdracht wisselkoers.
Hoe? Bespreek met je schoudermaatje.
Klaar? Maak § 8.3 opdracht 2 t/m 12 (blz. 228-231).