6.2, brandstoffen verbranden

Huiswerkcheck
We maken samen het huiswerk na
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Huiswerkcheck
We maken samen het huiswerk na

Slide 1 - Slide

terugblik

Slide 2 - Slide

Verbanden opdr 6
Een verband is de manier waarop de ene grootheid van de andere afhangt. De meest voorkomende verbanden in de natuurkunde zijn, lineair; evenredig; omgekeerd evenredig, kwadratisch, omgekeerd kwadratisch en wortelverband. Een verband kun je herkennen aan de vorm van de grafiek of door een berekening. 

Slide 3 - Slide

Lineair verband
Een lineair verband is een relatie die continu toe- of afneemt. Dit houdt in dat bij dezelfde stapgrootte in de x-richting dezelfde hoeveelheid toe- of afneemt in de y-richting. Als de grafiek een lineaire relatie heeft, is het een rechte lijn met een bijbehorende lineaire functie.

Slide 4 - Slide

Recht evenredig verband
Een recht evenredig verband wordt aangegeven met y = ax. Dit is een lineaire vergelijking die begint in de oorsprong (0,0). Als de variabele x twee keer zo groot wordt, wordt de variabele y ook twee keer zo groot. Als de variabele x vier keer zo groot wordt, wordt de variabele y ook vier keer zo groot.

Slide 5 - Slide

Vandaag
-Huiswerkcheck
-terugblik
-uitleg bs 8
- samen inoefenen
- zelfstandig werken

Slide 6 - Slide

Hst 6.2 "Brandstoffen verbranden"
6.2.1 je kunt berekeningen uitvoeren van warmtebronnen die chemisch energie verbruiken.
6.2.2 je kunt berekeningen uitvoeren met de verbrandingswarmte van een brandstof.
6.2.3 je kunt het reactieschema van de verbranding van aardgas noteren.
6.2.4je kunt uitleggen waarom je bij gastoestellen voor voldoende luchttoevoer moet zorgen.
6.2.5 je kunt beschrijven hoe je op een veilige manier met een gasbrander werkt.

Slide 7 - Slide

Warmtebron
Een warmtebron zet energie om in warmte.

  •  zon
  • de centrale verwarming maar ook...
  • het gasfornuis
  • de aarde
  • een föhn


Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

verbrandingswarmte
Chemische energie wordt omgezet in warmte
bv aardgas, hout, stookolie
Er zijn dus gasvormige (aardgas), vaste (hout) en vloeibare (olie) brandstoffen.

De verbrandingswarmte is de hoeveel warmte die vrijkomt als je 1L, 1 kg of 1 m3 van een stof verbrandt.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Warmte door verbranding

Voor verbranding heb je nodig:
- Een brandstof
- Genoeg zuurstof
- Een ontbrandingstemperatuur

Slide 14 - Slide

Volledige en onvolledige verbranding

Volledige verbranding

  • Voldoende zuurstof
  •  Er ontstaat H2O  en CO2 


Onvolledige verbranding

  • Onvoldoende zuurstof
  • Er ontstaat CO en/of roet

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Volledige verbanding aardgas

Slide 17 - Slide

Volledige verbranding

Slide 18 - Slide

Onvolledige verbranding

Slide 19 - Slide

Onvolledige verbranding / Koolstof Monoxide / CO






CO is kleurloos en reukloos en erg giftig!

Slide 20 - Slide

Aardgas

Aardgas is nog steeds één van de meest gebruikte manieren om huizen te verwarmen. De brandbare stof in aardgas is methaan.


Aardgas bestaat verder ook nog uit stikstof. Methaan is geurloos, om lekken te ontdekken wordt er een geurstof aan toegevoegd.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Samen inoefenen/huiswerk
We maken samen opdracht 1 t/m 6

Zelfstandig werken: opdracht 1 t/m 10
Dit is ook het huiswerk

Klaar kijk na met een nakijkboekje
Pak je leesboek of ga rustig iets voor jezelf doen

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Wat is het absolute nulpunt?
A
0 graden Celsius
B
273 graden celsius
C
273 Kelvin
D
-273 Kelvin

Slide 25 - Quiz

Welke grootheid hoort bij Kelvin?
A
Lengte
B
Massa
C
Gewicht
D
Temperatuur

Slide 26 - Quiz

Hoeveel Kelvin is 100 graden Celsius
A
373
B
173
C
73
D
-273

Slide 27 - Quiz

Wat is het koudste ?
A
10 graden celsius
B
80 graden Fahrenheit
C
273 Kelvin

Slide 28 - Quiz