Maandag Middag

• Engels
• MBO
• Studiejaar 2

Maandag 7 april

Thema 1 Wie ben jij? 

1.4 weekend

Vorige week?

Welke vraag heb jij over de vorige les?

Wat heb je de vorige les geleerd?

Lesdoelen

 Lesdoelen 1.4 

De student kan meer Nederlandse woorden en uitdrukkingen gebruiken.

De student kan uitleggen hoe hij of zij het beste nieuwe woorden kan leren.

Lied: Het is weer vrijdag

1. De titel: voorspel waar het lied over gaat?

Lied: Het is weer vrijdag

Welk plaatje past bij het lied?

Lied: Het is weer vrijdag

                               Welke bekende woorden hoor je?

                                        Waar gaat het lied over?

Lied: het is weer vrijdag

Werkblad liedtekst

Maak de opdrachten

Wat zijn coupletten?

Wat is het refrein?

Oefening 51: vul de ontbrekende woorden in

Hoe moest deze activiteit ook alweer?

En korte uitleg voor studenten die er de vorige les niet bijwaren.

Coupletten? Nieuwe tekst,

Refrein? Makkelijk te onthouden, veel herhaling, het klinkt lekker.

Hoe moest deze activiteit ook alweer?

En korte uitleg voor studenten die er de vorige les niet bijwaren.

Waarom fietsen Nederlanders zoveel?

• Je gaat op je laptop kijken/ lezen/ luisteren 
• Begrijp je woorden niet? Kun je ze raden uit de context?  Nee?

                     Zoek ze op met google translate

• Schrijf het woord op in je schrift + voorbeeldzin
• Om __ uur wil ik graag het antwoord horen op de vraag

Klaar? Maak blz 22 + 23 af in je boek.

Waarom fietsen Nederlanders zoveel?

Klaar? Maak blz. 22 + 23 af in je boek.

Antwoord: 

npokennis.nl

Hoe leer jij het beste nieuwe woorden te begrijpen en te gebruiken?

Studenten laten nadenken over het nut van deze werkvorm > 

• beroepscontext
• de weg vragen/ wijzen
• duidelijkheid vragen

Spinner voor random aanwijzen

Uitkomsten verschijnen hierna op het bord

Woordvierkant

Lesdoelen

 Lesdoelen 1.4 

De student kan meer Nederlandse woorden en uitdrukkingen gebruiken.

De student kan meer Nederlandse woorden benoemen en herkennen.

De student kan uitleggen hoe hij of zij het beste nieuwe woorden kan leren.