Week 50 les 1 Woordsoorten

Lesopbouw
  • 10 min. Zs lezen
  • Lesdoelen bespreken
  • Terugblik 
  • Korte uitleg
  • Opdrachten maken
  • Evaluatie
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3,4

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Lesopbouw
  • 10 min. Zs lezen
  • Lesdoelen bespreken
  • Terugblik 
  • Korte uitleg
  • Opdrachten maken
  • Evaluatie

Slide 1 - Slide

10 min. Zs

Lezen

timer
10:00

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
  • Je kent de woordsoorten; lidwoord, bijvoeglijk naamwoord en zelfstandig naamwoord
  • Je kunt deze woorden in een zin benoemen
  • Je kent een voorbeeldzin met een lidwoord, bijvoeglijk naamwoord en een zelfstandig naamwoord

Slide 3 - Slide

Vooruitblik

  • Week 50: 
    Les 1: lw, bnw, znw
    Les 2: vz, ww
    Les 3: vdw -> bnw, hww + zww

  • Iedere les een korte uitleg, daarna maak je de opdrachten in het boekje. 

  • Je werkt zelfstandig, omdat je een cijfer krijgt voor het boekje.

Slide 4 - Slide

Uitleg: Lidwoorden
Lidwoorden


Maak een zin met twee woorden. De zin begint met een lidwoord.


De, het, een
De auto. Het huis. Een roos.

Slide 5 - Slide

Uitleg: Zelfstandige naamwoorden
Zelfstandige naamwoorden (znw)
- mensen, dieren, dingen, planten
- je kunt er ALTIJD een lidwoord voor zetten

Bijvoorbeeld;
het HUIS, de AUTO, een ROOS

Slide 6 - Slide

Uitleg: Bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijke naamwoorden
- zeggen iets over het zelfstandig naamwoord

Wat kun je zeggen over deze auto?

                              
Stoffelijk bijvoeglijke naamwoorden
 - Het ijzeren hek. De houten stoel. Een katoenen sjaal.
Rode, kleine, getekende, snelle, schone

Slide 7 - Slide

Uitleg
  1. Lidwoorden (lw)
    - de, het, een
  2. Zelfstandige naamwoorden (znw)
    - mensen, dieren, dingen en planten
    - je kunt er ALTIJD een lidwoord voor zetten.               De        rode       auto
  3. Bijvoeglijke naamwoorden (bnw)                                       lw         bnw        znw
    -zeggen iets over het zelfstandig naamwoord
    Stoffelijke bnw
     
    - Het ijzeren hek. De houten stoel. Een katoenen sjaal.


Slide 8 - Slide

Opdrachten

Maken blz. 3 t/m 6



Klaar:

Lezen


timer
1:00

Slide 9 - Slide

Evaluatie
  • Hoe ging het?
  • Tot waar heb je het af?
  • Wat was er lastig?
  • Wat ging heel goed?

Slide 10 - Slide