Tema 2 - clase 2.05

Clase 2.05
Hacer (doen/maken):
- hoja de trabajo: gustar 

Aprender (leren):
- woordenlijst Reporteros 1 - unidad 2 Mis gustos
- el presente + aantekeningen 
- el verbo gustar
1 / 19
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Clase 2.05
Hacer (doen/maken):
- hoja de trabajo: gustar 

Aprender (leren):
- woordenlijst Reporteros 1 - unidad 2 Mis gustos
- el presente + aantekeningen 
- el verbo gustar

Slide 1 - Slide

Planificación
1. Reglas de la clase
3. Repaso
4. El verbo gustar
5. ¡En marcha!
5. Evaluación y la próxima clase

Después de esta clase...
... heb je herhaald wanneer je gusta en wanneer gustan gebruikt
... kan je aan anderen vragen of zij iets wel of niet leuk vinden
... kan je vertellen of iemand anders iets wel of niet leuk vindt

5 min 
10 min
 15 min
  15 min
5 min

Slide 2 - Slide

Reglas de la clase
  1. Je telefoon is thuis of in de kluis.
  2. Bij binnenkomst op je plek zitten, jas uit, tas van tafel en oortjes uit oren.
  3. Je hebt altijd je spullen mee: boeken, schrift, pennen, opgeladen device.
  4. Als een ander praat, ben je stil en luister je.
  5. Wanneer de docente uitleg geeft, ben je stil en maak je aantekeningen in je schrift.
  6. We lachen elkaar niet uit en gaan met respect met elkaar om.
  7. Je ruimt pas op als de docente dat aangeeft.
  8. Heb je een les gemist? Vraag aantekeningen aan klasgenoten en kijk in Magister.Learn wat je moet maken en leren. 
5 min

Slide 3 - Slide

Repaso
¿Gusta o gustan?

Slide 4 - Slide

(A mí) me __________ las cerezas.
A
gusta
B
gustan

Slide 5 - Quiz

(A mí) me __________ el baloncesto.
A
gusta
B
gustan

Slide 6 - Quiz

(A mí) me __________ hacer castillos.
A
gusta
B
gustan

Slide 7 - Quiz

(A mí) me __________ los animales.
A
gusta
B
gustan

Slide 8 - Quiz

(A mí) me __________ cocinar.
A
gusta
B
gustan

Slide 9 - Quiz

Gramática: el verbo gustar
Kijk naar het bord en maak aantekeningen in je schrift!

Laptop opbergen!

Slide 10 - Slide

Juntos
1. A mí _____ ________ las manzanas. 
2. A Eduardo ____ _____ bailar. 
3. A tí ____ _____ la pizza. 

Slide 11 - Slide

¡En marcha!
- Hoja de trabajo: el verbo gustar

Slide 12 - Slide

Evaluación
Pak je device erbij en log in op Lessonup.app

Slide 13 - Slide

A mí _________ las manzanas.
A
me gusta
B
gustan
C
gusto
D
me gustan

Slide 14 - Quiz

¿A usted _________ los plátanos?
A
le gustan
B
les gusta
C
les gustan
D
os gustan

Slide 15 - Quiz

¿A ti _________ dibujar o escribir?
A
te gustan
B
te gusta
C
le gusta
D
les gustan

Slide 16 - Quiz

A Juan _________ las enchiladas de pollo.
A
les gustan
B
les gusta
C
nos gustan
D
le gustan

Slide 17 - Quiz

A mí _________ las películas románticas.
A
gusto
B
me gustan
C
me gusta
D
me gusto

Slide 18 - Quiz

La próxima clase
Vamos a...
... aprender reageren op een mededeling.
Hacer (doen/maken):
- ejercicio 11, página 31 
- ejercicio 12, página 32

Aprender (leren):
- woordenlijst Reporteros 1 - unidad 2 Mis gustos
- el presente + aantekeningen 
- el verbo gustar
Vind je de regelmatige werkwoorden vervoegen nog ingewikkeld?
Kom langs in een Daltonuur.

Slide 19 - Slide